exbisector
excircle
EXP
exponential_
regression
EXPORT
EXPR
434
Hiermee wordt de externe bissectrice van de hoek AB-AC
getekend, opgegeven door A, B en C.
exbisector((Pnt of Cplx(A)),(Pnt of
Cplx(B)),(Pnt of Cplx(C)))
Voorbeeld:
Met exbisector(0,–4i,4)
wordt opgegeven door y=x
Hiermee wordt de aangeschreven cirkel van de driehoek ABC
getekend.
excircle((Pnt of Cplx(A)),(Pnt of
Cplx(B)),(Pnt of Cplx(C)))
Voorbeeld:
Met excircle(GA,GB,GC)
BC en voor de stralen AB en AC getekend
Hiermee wordt de oplossing van de wiskundige constante e
tot de macht van een expressie geretourneerd.
exp(Expr)
Voorbeeld:
retourneert
exp(0)
Hiermee worden de coëfficiënten (a,b) van y=b*a^x
geretourneerd, waarbij y de exponent is die de punten het
best nadert waarvan de coördinaten de elementen in twee
lijsten of de rijen van een matrix zijn.
exponential_regression(Lst||Mtrx(A),[Lst])
Voorbeeld:
exponential_regression([[1,0,2,0],[0,0,1,0],[
retourneert
4,0,7,0]])
1,60092225473,1,10008339351
Exporteren. Hiermee wordt de functie FunctieNaam
geëxporteerd zodat deze algemeen beschikbaar is en wordt
weergegeven in het menu User (
EXPORT(FunctionName)
Hiermee parseert u de tekenreeks reeks in een getal of
expressie.
expr (str)
wordt de lijn getekend die
wordt de cirkeltangens voor
1
D
).
Functies en opdrachten