24
Toetsen
d
Sv
Sr
Sc
C
S C
SJ
(Wissen)
<>=\
Doel (Vervolg)
Hiermee voert u de onafhankelijke
variabele in (X, T, θ, of N, afhan-
kelijk van de actieve app).
Relaties: toont een palet van vergeli-
jkingsoperatoren en Booleaanse
operatoren.
Speciale symbolen: toont een palet
van veelgebruikte wiskundige en
Griekse tekens.
Hiermee wordt het graad-, minuut-
of secondesymbool automatisch
ingevoegd, afhankelijk van de con-
text.
Backspace. Hiermee verwijdert u
het teken links van de cursor. Hier-
mee wordt het gemarkeerde veld
ook hersteld naar de standaard-
waarde, indien van toepassing.
Verwijderen. Hiermee verwijdert u
het teken rechts van de cursor.
Hiermee wist u alle gegevens op
het scherm (inclusief de geschiede-
nis). Als u in een instellingens-
cherm, bijvoorbeeld Plotontwerp,
op deze toets drukt, worden alle
instellingen hersteld naar de stan-
daardwaarden.
Cursortoetsen: hiermee beweegt u
de cursor in de weergave. Druk op
om naar het eind van een
S\
menu of scherm te gaan; druk op
S=
om naar het begin te gaan.
(Deze toetsen vertegenwoordigen
de richtingen van het selectiewiel.)
Aan de slag