Download Print deze pagina

HEIDENHAIN TNC 410 Bedieningshandboek pagina 59

Verberg thumbnails Zie ook voor TNC 410:

Advertenties

Voorbeeld 1
Een enkel werkstuk moet voorzien worden van een 20 mm diepe
boring. Na het opspannen en uitrichten van het werkstuk en het vast-
leggen van het referentiepunt kan de boring met slechts enkele pro-
grammaregels geprogrammeerd en uitgevoerd worden.
Eerst wordt het gereedschap met rechte-regels boven het werkstuk
voorgepositioneerd en op een veiligheidsafstand van 5 mm boven het
boorgat gepositioneerd. Vervolgens wordt de boring met cyclus G83
Diepboren uitgevoerd.
%$MDI G71 *
N10 G99 T1 L+0 R+5 *
N20 T1 G17 S2000 *
N30 G00 G40 G90 Z+200 *
N40 X+50 Y+50 M3 *
N50 G01 Z+2 F2000 *
N60 G83
P01 +2
P02 -20
P03 +10
P04 0,5
P05 250 *
N70 G79 *
N80 G00 G40 Z+200 M2 *
N99999 %$MDI G71 *
Rechte-functie G00 (zie „Rechte in ijlgang G00 Rechte met aanzet
G01 F. . ." op bladzijde 127), cyclus G83 Diepboren (zie „DIEPBOREN
(cyclus G83)" op bladzijde 184).
HEIDENHAIN TNC 410, TNC 426, TNC 430
Z
Y
50
Gereedschap definiëren: nulgereedschap, radius 5
Gereedschap oproepen: gereedschapsas Z,
spiltoerental 2000 omw/min
Gereedschap terugtrekken (ijlgang)
Gereedschap met ijlgang boven boorgat positione-
ren,
spil aan
Gereedschap 2 mm boven boorgat positioneren
Cyclus G83 Diepboren instellen:
Veiligheidsafst. van gereedschap boven boorgat
Diepte boorgat (voorteken=werkrichting)
Diepteverplaatsing voor het terugtrekken
Stilstandstijd op bodem van de boring in seconden
Booraanzet
Cyclus G83 Diepboren oproepen
Gereedschap terugtrekken
Einde programma
X
50
33

Advertenties

loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Tnc 426Tnc 430