SCHROEFDRAAD FREZEN MET VERZINKEN
(cyclus G263, niet bij TNC 410)
1 De TNC positioneert het gereedschap in de spilas in ijlgang naar de
ingegeven veiligheidsafstand boven het werkstukoppervlak
Verzinken
2 Het gereedschap verplaatst zich met aanzet voorpositioneren naar
de verzinkingsdiepte min de veiligheidsafstand, en vervolgens met
aanzet vrijloop naar de verzinkingsdiepte
3 Als een veiligheidsafstand zijkant is ingegeven, positioneert de
TNC het gereedschap meteen met aanzet voorpositioneren naar
de verzinkingsdiepte
4 Vervolgens benadert de TNC, afhankelijk van de beschikbare
ruimte, vanuit het midden of met zijdelings voorpositioneren de
kerndiameter voorzichtig en voert een cirkelbeweging uit
Verzinken aan kopvlakzijde
5 Het gereedschap verplaatst zich met aanzet voorpositioneren naar
de verzinkingsdiepte aan kopvlakzijde
6 De TNC positioneert het gereedschap ongecorrigeerd vanuit het
midden via een halve cirkel naar de verspringing aan kopvlakzijde,
en voert een cirkelbeweging met aanzet vrijloop uit
7 Aansluitend verplaatst de TNC het gereedschap weer via een halve
cirkel naar het midden van de boring
Schroefdraadfrezen
8 De TNC verplaatst het gereedschap met de geprogrammeerde
aanzet voorpositioneren naar het startniveau voor de schroefdraad
dat volgt uit het voorteken van de spoed en de freeswijze
9 Het gereedschap verplaatst zich vervolgens tangentiaal in een
helixbeweging naar de schroefdraad-binnendiameter en freest
met een 360°-schroeflijnbeweging de schroefdraad
10 Vervolgens verplaatst het gereedschap zich tangentiaal van de
contour weg, terug naar het startpunt in het bewerkingsvlak
HEIDENHAIN TNC 410, TNC 426, TNC 430
211