Terugtrekken bij programma-onderbreking (niet bij TNC 410)
Als tijdens het schroefdraad tappen de externe stoptoets wordt inge-
drukt, toont de TNC de softkey HANDMATIG TERUGTREKKEN. Wan-
neer HANDMATIG TERUGTREKKEN wordt ingedrukt, kan het gereed-
schap gestuurd teruggetrokken worden. Druk daarvoor op de
positieve asrichtingstoets van de actieve spilas.
SCHROEFDRAAD TAPPEN zonder
voedingscompensatie GS NIEUW (cyclus G207,
niet bij TNC 410)
Machine en TNC moeten door de machinefabrikant voor-
bereid zijn.
De schroefdraad wordt door de TNC of in één bewerking of in meer-
dere bewerkingen zonder voeding met lengtecompensatie getapt.
Voordelen t.o.v. de cyclus schroefdraad tappen met voedingscompen-
satie: Zie „SCHROEFDRAAD TAPPEN zonder voedingscompensatie
GS (cyclus G85)", bladzijde 201
1 De TNC positioneert het gereedschap in de spilas in ijlgang naar de
ingegeven veiligheidsafstand boven het werkstukoppervlak.
2 Het gereedschap verplaatst in één slag naar boordiepte
3 Vervolgens wordt de rotatierichting van de spil omgekeerd en het
gereedschap na de stilstandstijd naar de veiligheidsafstand terug-
getrokken. Indien een 2e veiligheidsafstand is ingegeven, verpla-
atst de TNC het gereedschap met ijlgang daarheen
4 Op veiligheidsafstand stopt de TNC de spil
Let vóór het programmeren op het volgende
Positioneerregel op het startpunt (midden van de
boring)van het bewerkingsvlak met radiuscorrectie G40
programmeren.
Het voorteken van de parameter boordiepte legt de werk-
richting vast.
De TNC berekent de aanzet afhankelijk van het toerental.
Wanneer tijdens het schroefdraad snijden de draaiknop
voor de toerental-override wordt bediend, past de TNC de
aanzet automatisch aan.
De draaiknop voor de aanzet-override is niet actief.
Aan het einde van de cyclus staat de spil. Voor de
volgende bewerking de spil met M3 (resp. M4) weer inscha-
kelen.
202
8 Programmeren: cycli