8.9 Cycli voor
coördinatenomrekening
Overzicht
Met coördinatenomrekeningen kan de TNC een eenmaal geprogram-
meerde contour op verschillende plaatsen van het werkstuk met
gewijzigde positie en grootte uitvoeren. De TNC beschikt over onder-
staande coördinatenomrekeningscycli:
Cyclus
G53/G54 NULPUNT
Contouren direct in het programma verschuiven of
vanuit nulpuntstabellen.
G247 REFERENTIEPUNT VASTLEGGEN
Referentiepunt tijdens de programma-afloop vastleg-
gen (niet bij TNC 410)
G28 SPIEGELEN
Contouren spiegelen
G73 ROTATIE
Contouren in het bewerkingsvlak roteren
G72 MAATFACTOR
Contouren verkleinen of vergroten
G80 BEWERKINGSVLAK
Bewerkingen in gezwenkt coördinatensysteem
uitvoeren voor machines met zwenkkoppen
en/of draaitafels (niet bij TNC 410)
Werking van de coördinatenomrekeningen
Begin van de werking: een coördinatenomrekening werkt vanaf haar
definitie – wordt dus niet opgeroepen. Zij werkt net zolang, totdat ze
teruggezet of opnieuw gedefinieerd wordt.
Coördinatenomrekening terugzetten:
cyclus met waarden voor de basisinstelling opnieuw definiëren, b.v.
maatfactor 1,0
additionele functies M02, M30 of de regel N999999 %... uitvoeren
(afhankelijk van machineparameter 7300)
nieuw programma kiezen
294
Softkey
8 Programmeren: cycli