8
Freesdiepte Q1 (incrementeel): afstand tussen cilin-
dermantel en bodem van de contour
8
Overmaat kantnabewerking Q3 (incrementeel): over-
maat voor nabewerking in vlak van de ontwikkelende
mantel; overmaat werkt in de richting van de radius-
correctie
8
Veiligheidsafstand Q6 (incrementeel): afstand tussen
kopvlak van het gereedschap en het oppervlak van de
cilindermantel
8
Diepte-instelling Q10 (incrementeel): maat die betrek-
king heeft op de verplaatsing van het gereedschap
8
Aanzet diepteverplaatsing Q11: aanzet bij verplaatsin-
gen in de spilas
8
Aanzet frezen Q12: aanzet bij verplaatsingen in het
bewerkingsvlak
8
Cilinderradius Q16: radius van de cilinder, waarop de
contour bewerkt moet worden
8
Maateenheid ? graden =0 MM/INCH=1 Q17: coördi-
naten van de rotatie-as in het onderprogramma in gra-
den of mm (inch) programmeren
278
Voorbeeld: NC-regel
N63 G127 Q1=-8 Q3=+0 Q6=+0 Q10=+3 Q11=100
Q12=350 Q16=25 Q17=0 *
8 Programmeren: cycli