BUITENSCHROEFDRAAD FREZEN (cyclus G267,
niet bij TNC 410)
1 De TNC positioneert het gereedschap in de spilas in ijlgang naar de
ingegeven veiligheidsafstand boven het werkstukoppervlak
Verzinken aan kopvlakzijde
2 De TNC benadert het startpunt voor het verzinken aan kopvlakzijde
vanuit het midden van de tap op de hoofdas van het bewerkingsv-
lak. De positie van het startpunt volgt uit de schroefdraadradius,
gereedschapsradius en spoed
3 Het gereedschap verplaatst zich met aanzet voorpositioneren naar
de verzinkingsdiepte aan kopvlakzijde
4 De TNC positioneert het gereedschap ongecorrigeerd vanuit het
midden via een halve cirkel naar de verspringing aan kopvlakzijde,
en voert een cirkelbeweging met aanzet vrijloop uit
5 Aansluitend verplaatst de TNC het gereedschap weer via een halve
cirkel naar het startpunt
Schroefdraadfrezen
6 De TNC positioneert het gereedschap op het startpunt als er niet
eerst aan kopvlakzijde verzonken is. Startpunt schroefdraadfrezen
= startpunt verzinken aan kopvlakzijde
7 Het gereedschap verplaatst zich met de geprogrammeerde aanzet
voorpositioneren naar het startniveau dat volgt uit het voorteken
van de spoed, de freeswijze en het aantal gangen voor het stappen
8 Het gereedschap verplaatst zich vervolgens tangentiaal in een
helixbeweging naar de schroefdraad-binnendiameter
9 Afhankelijk van de parameter stappen, freest het gereedschap de
schroefdraad in meerdere versprongen schroeflijnbewegingen of
in een continue schroeflijnbeweging
10 Vervolgens verplaatst het gereedschap zich tangentiaal van de
contour weg, terug naar het startpunt in het bewerkingsvlak
222
8 Programmeren: cycli