10.4 Hoekfuncties (trigonometrie)
Definities
Sinus, cosinus en tangens komen overeen met de zijdeverhoudingen
van een rechthoekige driehoek. Daarbij geldt:
sin α = a / c
Sinus:
cos α = b / c
Cosinus:
Tangens: tan α = a / b = sin α / cos α
Daarin is
c de zijde tegenover de rechte hoek
a de zijde tegenover hoek a
b de derde zijde
Uit de tangens kan de hoek door de TNC bepaald worden:
α = arctan α = arctan (a / b) = arctan (sin α / cos α)
Voorbeeld:
a = 10 mm
b = 10 mm
α = arctan (a / b) = arctan 1 = 45°
Verder geldt:
a² + b² = c² (mit a² = a x a)
c
=
(a² + b²)
336
c
a
α
b
10 Programmeren: Q-parameters