UITRUIMEN (cyclus G122)
1 De TNC positioneert het gereedschap boven het insteekpunt;
daarbij wordt de overmaat voor kantnabewerking meeberekend
2 Bij de eerste diepte-instelling freest het gereedschap met de free-
saanzet Q12 de contour van binnen naar buiten
3 Daarbij worden de eilandcontouren (hier: C/D) door het benaderen
van de kamercontour (hier: A/B) uitgefreesd
4 Aansluitend wordt door de TNC de kamercontour gefreesd en
wordt het gereedschap naar veilige hoogte teruggetrokken
Let vóór het programmeren op het volgende
Eventueel Een door het midden snijdende vingerfrees
(DIN 844) gebruiken, of voorboren met cyclus G121.
8
Diepte-instelling Q10 (incrementeel): maat die bet-
rekking heeft op de verplaatsing van het gereedschap
8
Aanzet diepteverplaatsing Q11: insteekaanzet in
mm/min
8
Aanzet uitruimen Q12: freesaanzet in mm/min
8
Voorruim-gereedschap nummer Q18: nummer van het
gereedschap waarmee de TNC reeds heeft voorge-
ruimd. Indien niet is voorgeruimd, 0 ingeven; wan-
neer hier een nummer wordt ingegeven, ruimt de
TNC alleen dat deel uit dat niet met het voorruimge-
reedschap bewerkt kon worden.
Wanneer het niet mogelijk is het naruimbereik zijde-
lings te benaderen, steekt de TNC pendelend in; daar-
toe moet in de gereedschapstabel TOOL.T zie
„Gereedschapsgegevens", bladzijde 99de lengte van
de snijkant LCUTS en de maximale insteekhoek
ANGLE van het gereedschap gedefinieerd worden.
Eventueel komt de TNC met een foutmelding
8
Aanzet pendelen Q19: pendelaanzet in mm/min
272
A
C
Voorbeeld: NC-regel
N57 G120 Q10=+5 Q11=100 Q12=350 Q18=1
Q19=150 *
B
D
8 Programmeren: cycli