Regelbuffer instellen
Om tijdens de bloksgewijze overdracht een ononderbroken afwer-
kingsproces te garanderen, moet de TNC in het programmageheugen
over een bepaalde voorraad regels beschikken.
In het regelgeheugen wordt vastgelegd, hoeveel NC-regels via de
data-interface worden ingelezen, voordat de TNC met het afwerken
begint. De ingavewaarde voor het regelbuffer is afhankelijk van de
puntafstand van het NC-programma. Bij een zeer kleine puntafstand
een groot regelbuffer en bij een grote puntafstand een klein regelbuf-
fer ingeven. Richtwaarde: 1000.
Data-overdracht tussen TNC 410 en TNCremo
Controleer of:
de TNC op de goede seriële interface van uw computer is aangeslo-
ten
de baudrate van de TNC voor LSV2-bedrijf en in TNCremo gelijk is
Na het opstarten van TNCremo ziet u links in het venster alle bestan-
den die in de actieve directory zijn opgeslagen. Via <Directory>, <Wis-
selen> kan een willekeurig loopwerk of een andere directory worden
gekozen. (zie „Data-overdracht naar/van een extern opslagmedium"
op bladzijde 69)Om de gegevensoverdracht vanaf de TNC te kunnen
starten, kiest u <Verbinding>, <Bestandsserver>. De TNCremo kan
dan gegevens ontvangen.
394
12 MOD-functies