Download Print deze pagina

Renault RAFALE 2024 Handleiding pagina 273

Advertenties

ADAPTIEVE SNELHEIDSREGELAAR
Tijdelijk niet beschikbaar (radar)
De radar kan voertuigen detecteren
die vóór uw auto rijden. Het systeem
werkt niet goed als de radardetectiezo­
ne door iets wordt bedekt of als het
signaal wordt gestoord.
Als de radardetectiezone door iets
wordt bedekt of als het signaal wordt
gestoord, verschijnt de melding "Radar
voor geen zicht" op het instrumenten­
paneel en wordt de adaptieve snel­
heidsregelaar Stop and Go onderbro­
ken.
Het groene waarschuwingslampje 9
verdwijnt om te bevestigen dat de
functie automatisch is uitgeschakeld.
Zorg ervoor dat het radargebied
schoon blijft en niet wordt afgedekt
door sneeuw, modder, een slecht ge­
monteerde kentekenplaat of een ac­
cessoire op de voorkant van het voer­
tuig (de grille of het logo, enz.).
In bepaalde geografische omstandig­
heden kan de functie worden gestoord,
zoals:
– droge zones, tunnels, lange bruggen
of weinig gebruikte wegen zonder
wegmarkeringen, borden of bomen in
de buurt;
– een militaire zone of een luchthaven.
Als u deze gebieden verlaat, zal de
functie weer werken.
Als het bericht niet verdwijnt nadat de
motor opnieuw wordt gestart, moet u
altijd een merkdealer raadplegen.
Tijdelijk niet beschikbaar (ca­
mera)
Het systeem kan niet werken als de
camera wordt afgedekt (door vuil,
modder, sneeuw, condensatie, enz.).
Als de zichtbaarheid van de camera
wordt verminderd, worden de presta­
ties van de Stop and Go adaptieve
snelheidsregelaar wordt verlaagd. Blijf
waakzaam.
Storingen
Wanneer een bedieningsfout wordt ge­
detecteerd op de Stop and Gofunctie
adaptieve snelheidsregelaar, verschijnt
de melding "Controleer adaptieve snel­
heidsregelaar" op het instrumentenpa­
neel en de Stop and Go adaptieve
snelheidsregelaar wordt onderbroken.
Als een bedieningsfout wordt gedetec­
teerd op een of meer van de systeem­
onderdelen, wordt de Stop and Go
adaptieve snelheidsregelaar wordt on­
derbroken.
Afhankelijk van het type storing ver­
schijnt deze melding:
– melding "Controleer camera voor",
samen met, afhankelijk van het voer­
tuig, het waarschuwingslampje
;
– melding "Controleer radar voor", sa­
men met, afhankelijk van het voertuig,
het waarschuwingslampje
– melding "Controleer camera/radar",
samen met, afhankelijk van het voer­
tuig, het waarschuwingslampje
;
– melding "Controleer Parkeerhulp",
samen met het waarschuwingslampje
.
Ga naar een merkdealer.
3
;
R i j d e n - 2 7 1

Advertenties

loading