Download Print deze pagina

Renault RAFALE 2024 Handleiding pagina 248

Advertenties

EXTRA RIJHULPMIDDELEN
Weergaven op het instrumenten­
paneel
17. Stop and Go waarschuwingslamp­
je adaptieve snelheidsregelaar
3
18. Opgeslagen kruissnelheid.
19. Voorligger.
20. Opgeslagen veilige afstand
21. Indicatoren voor de linker- en
rechterstreep
22. Waarschuwingslampje functie "Rij­
strookcentrering"
Stuurwiel 23
De bestuurder moet altijd zijn of haar
handen op het stuurwiel houden.
Als de bestuurder het stuur met vol­
doende kracht draait, wordt de functie
"Rijstrookcentrering" onderbroken zo­
dat de bestuurder de controle over het
voertuig kan overnemen.
In bepaalde situaties (scherpe boch­
ten, enz.) kan het stuur gaan trillen om
de bestuurder te waarschuwen dat hij/
zij de controle over het voertuig moet
overnemen.
Als de bestuurder het stuurwiel niet
bedient (er worden geen handen op
het stuurwiel gedetecteerd), wordt de
2 4 6 - R i j d e n
rijstrookcentrering na diverse waar­
schuwingen uitgeschakeld.
Inschakelen/Uitschakelen van de
functie "Active driver assist"
.
Schakel de functie in
.
Om de functie te activeren, drukt u zo
vaak als nodig op de schakelaar 9 om
deze te activeren.
het waarschuwingslampje 22
wordt grijs weergegeven op het instru­
mentenpaneel.
Druk vervolgens de stuurkolomschake­
laar 13 omhoog (SET/+) of omlaag
(SET/-).
De "Active driver assist" bestaande uit
de functies "Adaptieve snelheidsrege­
laar Stop and Go" en "Rijstrookcentre­
ring" zijn dan geactiveerd.
Het groene waarschuwingslampje 22
en de indicatoren voor de linker-
en rechterstreep 21 verschijnen om te
bevestigen dat de functie actief is en
dat uw auto in het midden van de rij­
strook wordt gehouden.
U kunt de functie "Rijstrookcentrering"
op elk moment onderbreken door
krachtig het stuurwiel te bewegen. Zo­
dra u stopt met draaien aan het stuur,
wordt de functie "Rijstrookcentrering"
weer geactiveerd.
Opmerking: u moet uw handen op het
stuurwiel houden wanneer u de functie
"Rijstrookcentrering" gebruikt. U mag
in geen geval uw handen van het stuur
halen.
Uitschakelen van de functie
Druk op de schakelaar 9 . De uitscha­
keling van de functie wordt bevestigd
door het verdwijnen van het waarschu­
wingslampje 22
en de indicato­
ren voor de linker-/rechterstreep 21
van het instrumentenpaneel.
Opmerking: als de functie "Voorko­
men van het verlaten van de rijstrook"

Advertenties

loading