BOORDCOMPUTER
Displays en meters
2
Instrumentenpaneel
verschijnt zodra het bestuurdersportier
wordt geopend. Het oplichten van
sommige controlelampjes gaat verge
zeld van een boodschap.
Afhankelijk van de auto kunt u de in
houd en de kleuren van uw instrumen
tenpaneel A naar eigen keuze instel
len.
Weergave kiezen
Afhankelijk van de auto zijn er verschil
lende weergaven beschikbaar op het
instrumentenpaneel. Om een weerga
ve te selecteren, drukt u zo vaak als
1 3 0 - K e n u w a u t o
nodig is op de knop 1 om door de ver
schillende weergaven op het instru
mentenpaneel A te bladeren totdat u
de gewenste weergave bereikt.
Alle beschikbare weergaven geven de
volgende essentiële informatie weer
op het instrumentenpaneel:
– snelheidsmeter;
– de informatie over de geactiveerde
rijhulpmiddelen;
– informatiezone.
In de weergave "Rijhulpmiddelen"
wordt de essentiële informatie op het
instrumentenpaneel weergegeven met
die van de actieve rijhulpmiddelen op
volledig scherm.
De "Klassieke" weergave toont de
essentiële informatie op het instrumen
tenpaneel en, afhankelijk van het voer
tuig, de energiemeter.
De weergave "Navigatie" toont de es
sentiële informatie en de routekaart die
door het multimediasysteem is gedu
pliceerd op het volledige instrumenten
paneel.
Realistisch beeld B
(afhankelijk van de auto)
Weergave B geeft de essentiële infor
matie weer op het instrumentenpaneel,
samen met uw auto en zijn omgeving
(rijstroken, omringende voertuigen die
in dezelfde richting rijden enz.).
Opmerking: het systeem herkent al
leen voertuigen in de categorieën
auto's, vrachtwagens en motorfietsen.
De weergave "Minimaal" geeft alleen
de essentiële informatie op het dash
board weer.