BOORDCOMPUTER
Instrumentenpaneel in mijlen
(mogelijkheid om over te gaan op km/
u)
Als het voertuig stilstaat en de motor is
ingeschakeld, selecteert u in het multi
mediascherm 19 de modus "Voertuig"-
wereld", druk op het menu "Instellin
gen", daarna op "Systeem", "Eenhe
den" en vervolgens op "Snelheid".
Kies tussen km/h of mph.
De snelheidsmeter en sommige af
standsinformatie die op het instrumen
tenpaneel is weergegeven, worden ge
converteerd.
Om terug te gaan naar de vorige een
heid, gaat u op dezelfde manier te
werk.
Opmerking: in beide gevallen gaat de
boordcomputer, als de accu is uitge
schakeld, automatisch terug naar de
oorspronkelijke eenheid.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van
het multimediasysteem voor meer in
formatie.
Om bepaalde rijhulpsyste
men te kunnen gebruiken,
dient u de meeteenheid op
het instrumentenpaneel te wijzi
gen om de juiste informatie te ver
krijgen als u rijdt in een land waar
de snelheidseenheden verschillen
van die welke standaard zijn inge
steld op uw auto.
Voer deze aanpassingen
uitsluitend uit als de auto
stilstaat.
Menu voor het personaliseren
van de instellingen van de auto
Deze functie zorgt, afhankelijk van de
uitrusting van de auto, voor het in/uit
schakelen en de afstelling van sommi
ge functies van de auto.
Toegang tot het instelmenu
Selecteer op het multimediascherm 1 ,
met stilstaande auto en draaiende mo
tor, de "Voertuig"wereld, kies het me
nu "Voertuig" en daarna het tabblad
"Exterieur" om naar de diverse instel
lingen te gaan.
K e n u w a u t o - 1 3 3
2