112 Klimaatregeling
en naar boven, beneden, links of rechts zwen‐
ken.
Openen of sluiten: De draaiknop
#
breedteroosters tot de aanslag rechts- of
linksom draaien.
%
Uit de breedteroosters stroomt gekoelde
lucht. Verwarmen is niet mogelijk. De breed‐
teroosters in de zomer alleen tijdens het koe‐
len openen; houd ze gesloten in de winter.
Luchtuitstroomopeningen in het luchtkanaal
bij het dak instellen
Bij voertuigen met een airconditioning achterin
zijn instelbare luchtuitstroomopeningen geïnte‐
greerd in het luchtkanaal van het dak.
Luchthoeveelheid instellen: De luchtklep‐
#
pen in de luchtuitstroomopeningen
behoefte openen of sluiten.
Luchtverdeling instellen: De luchtuitstroom‐
#
openingen
1
in de gewenste stand draaien.
Luchtuitstroomopeningen achterin
& WAARSCHUWING Gevaar van verbran‐
ding en bevriezing door een te geringe
afstand tot de luchtroosters
Uit de luchtroosters kan zeer hete of zeer
koude lucht stromen.
Daardoor kunnen in de directe omgeving van
de luchtroosters verbrandings- of bevriezings‐
verschijnselen voorkomen.
Altijd ervoor zorgen, dat alle inzittenden
#
voldoende afstand houden tot de lucht‐
roosters.
Naar behoefte de luchtstroom naar een
#
ander gebied van het interieur leiden.
1
aan de
Afhankelijk van de uitrusting van het voertuig
bevindt zich in de beenruimte achterin aan de lin‐
kerzijde een luchtkanaal of een verwarmingsag‐
gregaat met extra luchtuitstroomopeningen 1.
Er mogen daar geen voorwerpen worden
geplaatst. Inzittenden moeten vanwege de uit‐
stroming van warme lucht en vanwege de lucht‐
aanzuiging voldoende afstand houden.
Extra verwarming
Functie van de extra verwarming
& GEVAAR Levensgevaar door giftige uit‐
laatgassen
Wanneer de uitlaateindpijp geblokkeerd is of
1
naar
geen voldoende ventilatie mogelijk is, kunnen
giftige uitlaatgassen, in het bijzonder koolmo‐
noxide, in de auto binnendringen. Dat is bij‐
voorbeeld in gesloten ruimtes het geval, of als
de auto in de sneeuw vastzit.