Programmeerbare tastcycli | Tastcycli Werkstukken automatisch controleren
29.4.4
cyclus 420, METEN HOEK
Toepassing
Met tastcyclus 420 wordt de hoek bepaald, waarin een willekeurige rechte met de
hoofdas van het bewerkingsvlak is ingesloten.
Cyclusverloop
1 De besturing positioneert het tastsysteem in ijlgang (waarde uit kolom FMAX)
en met positioneerlogica naar de geprogrammeerde tastpositie 1. De som van
Q320, SET_UP en de tastkogelradius wordt bij het tasten in elke tastrichting in
acht genomen. Het midden van de tastkogel is met deze som van de tastpositie
tegen de tastrichting versprongen, wanneer de tastbeweging wordt gestart
Verdere informatie: "Positioneerlogica", Pagina 1498
2 Vervolgens verplaatst het tastsysteem zich naar de ingevoerde meethoogte en
voert het eerste tastproces met tastaanzet (kolom F) uit.
3 Het tastsysteem gaat dan naar de volgende tastpositie
tastproces uit
4 De besturing verplaatst het tastsysteem terug naar de veilige hoogte en slaat de
vastgestelde hoek op in de volgende Q-parameter:
Q-parameter
nummer
Q150
Instructies
Deze cyclus kunt u uitsluitend in de bewerkingsmodus FUNCTION MODE MILL
uitvoeren.
Als tastsysteemas = meetas is gedefinieerd, kunt u de hoek in de richting van de
A-as of B-as meten:
Wanneer de hoek in richting van de A-as moet worden gemeten, dan Q263
gelijk aan Q265 selecteren en Q264 ongelijk aan Q266
Wanneer de hoek in richting van de B-as moet worden gemeten, dan Q263
ongelijk aan Q265 selecteren en Q264 gelijk aan Q266
De besturing zet een actieve basisrotatie aan het begin van de cyclus terug.
Aanwijzing voor het programmeren
U moet vóór de cyclusdefinitie een gereedschapsoproep voor de definitie van de
tastsysteemas hebben geprogrammeerd.
HEIDENHAIN | TNC7 | TNCguide | 01/2022
Betekenis
Gemeten hoek gerelateerd aan de hoofdas van het bewer-
kingsvlak
2
en voert het tweede
29
1655