29
Cyclus 31 bevat een extra parameter:
Helpscherm
Eerste meting met roterend gereedschap; oud formaat
11 TOOL CALL 12 Z
12 TCH PROBE 31.0 GEREEDSCH.-LENGTE
13 TCH PROBE 31.1 CONTROLEREN:0
14 TCH PROBE 31.2 HOOGTE::+120
15 TCH PROBE 31.3 SNIJKANTEN METEN:0
Controleren door meting van afzonderlijke snijkanten, status in Q5 opslaan; oud
formaat
11 TOOL CALL 12 Z
12 TCH PROBE 31.0 GEREEDSCH.-LENGTE
13 TCH PROBE 31.1 CONTROLEREN:1 Q5
14 TCH PROBE 31.2 HOOGTE:+120
15 TCH PROBE 31.3 SNIJKANTEN METEN:1
29.8.4
cyclus 32 of 482 GEREEDSCH.-RADIUS
Toepassing
Voor het meten van de gereedschapsradius programmeert u de tastcyclus 32 of
482 (Pagina 1778). Via invoerparameters kunt u de gereedschapsradius op twee
manieren bepalen:
Meting met roterend gereedschap
Meting met roterend gereedschap en aansluitend meting van de afzonderlijke
snijkanten
Het te meten gereedschap wordt door de besturing aan de zijkant van de tastkop
voorgepositioneerd. Het kopvlak van de frees bevindt zich daarbij onder de
bovenkant van de tastkop zoals in offsetToolAxis (nr. 122707) is vastgelegd. De
besturing tast radiaal met roterend gereedschap. Wanneer ook een meting van de
afzonderlijke snijkanten moet worden uitgevoerd, worden de radiussen van alle
snijkanten met behulp van spiloriëntatie gemeten.
1786
Programmeerbare tastcycli | Tastcycli Gereedschappen automatisch meten
Raadpleeg uw machinehandboek!
Parameter
Parameternr. voor resultaat?
Parameternummer waaronder de besturing de status van de
meting opslaat:
0,0: gereedschap binnen de tolerantie
1,0: gereedschap is versleten (LTOL overschreden)
2,0: gereedschap is gebroken (LBREAK overschreden)
Wanneer het meetresultaat niet binnen het NC-programma
verder verwerkt moet worden, dialoogvraag met de toets
NO ENT bevestigen
Invoer: 0...1999
HEIDENHAIN | TNC7 | TNCguide | 01/2022