1
Ontgrendelen
2
Vergrendelen
Hierdoor wordt voorkomen dat kinderen per
ongeluk de achterportieren openen. Druk de
schakelaars op beide achterportieren naar
beneden om de kindersloten te activeren.
Automatische vergrendel- en
ontgrendelsystemen van de
portieren
De volgende functies kunnen worden
in- of uitgeschakeld:
Raadpleeg Blz. 498 voor instructies voor het
aanpassen aan de persoonlijke voorkeur.
Functie
Functie koppeling
van rijsnelheid aan
portiervergrendeling
Functie koppeling
van stand selectie-
hendel aan portier-
vergrendeling
Functie koppeling
van stand selectie-
hendel aan portier-
ontgrendeling
Functie koppeling
portierontgrendeling
aan bestuurderspor-
tier
4-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
Handeling
Alle portieren wor-
den automatisch ver-
grendeld wanneer de
rijsnelheid ongeveer
20 km/h of hoger is.
Alle portieren wor-
den automatisch ver-
grendeld wanneer de
selectiehendel in een
andere stand dan
stand P wordt gezet.
Alle portieren wor-
den automatisch ont-
grendeld wanneer de
selectiehendel in
stand P wordt gezet.
Alle portieren wor-
den automatisch ont-
grendeld als het
bestuurdersportier
wordt geopend bin-
nen ongeveer 45
seconden nadat het
contact UIT is gezet.
Achterklep
De achterklep kan als volgt wor-
den vergrendeld/ontgrendeld en
geopend/gesloten.
De klep van de laadaansluiting en de
laadstekker worden ook vergrendeld
en ontgrendeld. (Blz. 117)
WAARSCHUWING
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgs-
maatregelen kan dodelijk of ernstig letsel
tot gevolg hebben.
■
Voordat u gaat rijden
●
Controleer of de achterklep volledig
gesloten is.
Als de achterklep niet volledig is geslo-
ten, kan deze tijdens het rijden onver-
wacht opengaan en objecten raken en
kunnen er voorwerpen of bagage uit de
bagageruimte vallen, waardoor een
ongeval kan ontstaan.
●
Laat kinderen niet in de bagageruimte
spelen.
Als een kind per ongeluk in de bagage-
ruimte wordt opgesloten, kan het bevan-
gen worden door de hitte of verwondin-
gen oplopen.
●
Laat kinderen de achterklep niet openen
of sluiten.
De achterklep kan mogelijk onver-
wachts in beweging komen of er kan
een lichaamsdeel bekneld raken.
■
Belangrijke punten tijdens het rijden
●
Zorg ervoor dat de achterklep tijdens
het rijden gesloten is.
Als de achterklep open blijft, kan deze
tijdens het rijden voorwerpen raken of
kan er bagage uit de bagageruimte val-
len, waardoor een ongeval kan ont-
staan.
201
4