Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Verkeersinformatie; Verkeersincidenten - Seat Leon 2020 Instructieboekje

Inhoudsopgave

Advertenties

navigatiekaart kan worden gebruikt met bij-
komende bewegingen van uw vingers
185.
Druk op een punt van de kaart zonder posi-
tiegegevens.
Druk op Route.
Contactgegevens gebruiken
Start een routegeleiding met de opgeslagen
adresgegevens van een contactpersoon. De
opgeslagen contacten zonder adresgege-
vens kunnen niet worden gebruikt voor een
routegeleiding.
De navigatie starten
Druk op
.
Druk op de gewenste contactpersoon.
Druk op Route.
Let op
Voer het reisdoel zo exact mogelijk in. In-
dien u een reisdoel niet juist invoert, kan de
routegeleiding niet gestart worden of wordt
u naar een verkeerde bestemming ge-
bracht.
Indien de adresgegevens van een con-
tactpersoon verouderd zijn, zal de routege-
leiding u naar het geregistreerde adres
brengen. Controleer of het adres van de
contactpersoon up-to-date is.
Bediening van de infotainment

Verkeersinformatie

›››
pag.
De infotainment ontvangt automatisch gede-
tailleerde verkeersinformatie indien de inter-
netverbinding tot stand is gebracht. Die infor-
matie wordt getoond met symbolen en het
wegennet wordt in een kleur op de kaart ge-
markeerd.

Verkeersincidenten

Verkeersincidenten zoals opstoppingen of
langzaam verkeer worden met symbolen op
de navigatiekaart getoond.
Met een actieve routegeleiding worden de
verkeersincidenten op de huidige route ge-
toond in het routeplan. Die verkeersinformatie
kunnen worden vermeden
Indicatie van de verkeersstroom
Op de navigatiekaart wordt de verkeers-
stroom getoond volgens de huidige verkeers-
incidenten, waarbij het wegennet in een kleur
wordt gemarkeerd.
Oranje: Langzaamrijdend verkeer.
Rood: Opstopping.
Let op
De ontvangst van de verkeersinformatie
hangt af van de privacy-instellingen. In mo-
dus Maximale privésfeer wordt geen ver-
keersinformatie ontvangen. Het niveau
Tracking of Location is nodig.
Beschrijvingen van functies
Routeplan
Het routeplan bevat informatie over alle inci-
denten, bijvoorbeeld het startpunt, de tussen-
stops, verkeersincidenten, POI's en het reis-
doel, indien de navigatie over die gegevens
beschikt.
Indien u op een incident drukt, wordt een ex-
tra venster met meer opties getoond. De be-
schikbare opties hangen af van het incident
en de actuele instellingen.
›››
pag.
190.
Het routeplan openen en sluiten
Om het routeplan te openen, drukt u op het
verticale segment rechts in het midden van
het scherm
Om het routeplan te sluiten, drukt u op het
verticale segment links in het midden van het
scherm of verschuift u het.
Routegeleiding bewerken
Om de routegeleiding te bewerken, ver-
plaatst u de tussenstops naar het reisdoel in
de weergave TripView.
Houd het gewenste reisdoel ingedrukt tot
het zichtbaar wordt gemarkeerd.
›››
afb. 123
of verschuift u het.
»
189

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave