Machine instellen
3.5 Gereedschap meten
3.5.9
Draaigereedschap manueel meten (bij frees-/draaimachine)
Bij het manueel meten verplaatst u het gereedschap handmatig tot op een bekend
referentiepunt om de afmetingen van het gereedschap in X- en Z-richting te bepalen. Uit de
posities van het referentiepunt van de gereedschapsdrager en het referentiepunt van het
gereedschap berekent de besturing dan de gereedschapscorrectiegegevens.
Referentiepunt
De werkstukkant dient bij de meting van lengte X en lengte Z als referentiepunt. Bij de meting
in Z-richting kan ook de spankop van de hoofd- of tegenspil worden gebruikt.
De positie van de werkstukkant moet u tijdens de meting opgeven.
Opmerking
Frees-/draaimachines met B-as (alleen 840D sl)
Bij frees-/draaimachines met B-as vindt het verwisselen en uitlijnen van gereedschap in het
T, S, M-venster vóór het meten plaats.
Procedure
84
1.
Selecteer in bedieningsbereik "Machine" de bedrijfsmodus "JOG".
2.
Druk op de softkey "Ger. meten".
3.
Druk op de softkey "Manueel".
4.
Druk op de softkey "Gereedschap selecteren".
Het venster "Gereedschapselectie" wordt geopend.
5.
Selecteer het gereedschap dat u wilt meten.
De positie van de snijkant van het gereedschap moet al in de gereed‐
schapslijst zijn ingevoerd.
6.
Druk op de softkey "OK".
Het gereedschap wordt overgenomen in het venster "Meten: lengte ma‐
nueel".
7.
Druk op de softkey "X" of "Z", afhankelijk van welke gereedschapslengte
u wilt meten.
8.
Kras de gewenste kant van het gereedschap aan.
Bedieningshandboek, 01/2015, 6FC5398-7CP40-5JA2
Frezen