Technologische functies programmeren (cycli)
9.4 Draaien - Frees-/draaimachine
Nabewerking schroefdraad
U heeft de mogelijkheid om schroefdraad achteraf te bewerken. Daarvoor moet u
overschakelen naar bedrijfsmodus "JOG" en een synchronisatie van de schroefdraad
uitvoeren.
Invoer eenvoudig
U kunt het totaal aantal parameters voor eenvoudige bewerkingen beperken tot de
belangrijkste parameters met behulp van het selectieveld "Invoer". In deze modus "Invoer
eenvoudig" krijgen de niet weergegeven parameters een vaste, niet instelbare waarde.
U kunt via "Invoer compleet" alle parameters laten weergeven en bewerken als dit tijdens het
aanmaken van een programma nodig is.
Naderen/verwijderen
1. Het gereedschap wordt met ijlgang naar het cyclusintern berekende startpunt verplaatst.
2. Schroefdraad met voorloop:
Het gereedschap wordt met ijlgang naar de eerste startpositie verplaatst die met voorloop
LW naar voor is verplaatst.
Schroefdraad met inloop:
Het gereedschap wordt met ijlgang naar de startpositie verplaatst die met inloop LW2 naar
voor is verplaatst.
3. De eerste snede wordt met spoed P tot aan draaduitloop LR uitgevoerd.
4. Schroefdraad met voorloop:
Het gereedschap wordt met ijlgang naar terugloopafstand VR en vervolgens naar de
nieuwe startpositie verplaatst.
Schroefdraad met inloop:
Het gereedschap wordt met ijlgang naar terugloopafstand VR en dan opnieuw naar de
startpositie verplaatst.
5. Stappen 3 en 4 worden zolang herhaald tot de schroefdraad volledig is afgewerkt.
6. Het gereedschap wordt met ijlgang naar het terugtrekvlak verplaatst.
Een onderbreking in de bewerking van de schroefdraad is steeds mogelijk met de functie "Snel
optillen". Hiermee wordt gegarandeerd dat het gereedschap de schroefdraad bij het optillen
niet beschadigt.
478
Machinefabrikant
Diverse vaste waarden kunnen worden voorgeprogrammeerd met de settinggege‐
vens.
Raadpleeg hiervoor de instructies van de machinefabrikant.
Bedieningshandboek, 01/2015, 6FC5398-7CP40-5JA2
Frezen