Machine instellen
3.6 Werkstuknulpunt meten
4 boringen meten
Het werkstuk met de vier boringen die moeten worden gemeten, is willekeurig op de werktafel
opgespannen. In de vier boringen worden telkens 4 punten automatisch gemeten; daaruit
kunnen vervolgens de middelpunten van de boringen worden bepaald. Er worden telkens twee
boringsmiddelpunten diagonaal verbonden. Van de resulterende lijnen wordt het snijpunt
bepaald. Dit snijpunt is het nieuwe te bepalen werkstuknulpunt. Bij de selectie van een
hoekcorrectie kan ook de basisdraaiing α worden bepaald.
Opmerking
"Alleen meten" bij automatisch meten
Wanneer als correctiedoel "Alleen meten" wordt geselecteerd, dan wordt de softkey
"Berekenen" weergegeven in plaats van de softkey "NPV instellen".
Een uitzondering zijn de meetvarianten "Rechthoekige kamer" en "Eerste boring". Bij de
éénpuntsmetingen wordt bij "Alleen meten" noch de softkey "NPV instellen", noch de softkey
"Berekenen" weergegeven.
Opmerking
2, 3 en 4 boringen kunt u nu automatisch meten.
Voorwaarde
Een gereedschap naar keuze is voor het krassen in de spil gemonteerd wanneer u het
werkstuknulpunt manueel wilt meten.
- OF -
Een elektronische werkstukmeettaster is in de spil gemonteerd en geactiveerd wanneer u het
werkstuknulpunt automatisch meet.
Procedure
104
1.
Selecteer het bedieningsbereik "Machine" en druk op de toets <JOG>.
2.
Druk op de softkeys "Nulp. Werkst".
3.
Druk op de softkey "Rechthoekige kamer".
- OF -
Druk op de softkey "1 boring".
- OF -
Bedieningshandboek, 01/2015, 6FC5398-7CP40-5JA2
Frezen