SINAMICS-alarmen
Bevestiging:
GEEN
Oorzaak:
De met de temperatuurregistratie van de Terminal Module (TM) gemeten temperatuur (r4105[3]) heeft de drempelwaarde
voor het activeren van deze waarschuwing (p4102[6]) overschreden.
Opmerking:
Bij sensortype "PTC thermistor" en "Bimetalen verbreekcontact" (p4100[3] = 1, 4 geldt:
-Wanneer r4101[3] > 1650 Ohm, dan bedraagt de temperatuur r4105[3] = 250°C.
-Wanneer r4101[3] <= 1650 Ohm, dan bedraagt de temperatuur r4105[3] = -50°C.
Waarschuwingswaarde (r2124, decimaal interpreteren):
Actuele temperatuurwaarde op het tijdstip van activering [0.1 °C].
Oplossing:
Temperatuursensor tot onder p4102[6] - hysterese (5 K, bij TM150 instelbaar via p4118[3]) afkoelen.
Zie ook: p4102
235220
<Aanduiding locatie>TM: grensfrequentie voor signaaluitvoer bereikt
Meldingswaarde:
-
Aandrijvingsobject: A_INF_828, B_INF_828, HLA_828, S_INF_828, S_INF_COMBI, SERVO_828, SERVO_COMBI
Reactie:
Infeed: UIT1 (GEEN, UIT2)
Servo: UIT1 (GEEN, UIT2, UIT3)
Hla: UIT1 (GEEN, UIT2, UIT3)
Bevestiging:
ONMIDDELLIJK (POWER ON)
Oorzaak:
De door de terminalmodule 41 (TM41) uitgestuurde signalen voor de sporen A/B hebben de grensfrequentie bereikt. De
gegeven signalen zijn niet meer synchroon met de vastgelegde doelwaarde.
Bedrijfsmoduls SIMOTION (p4400 = 0):
- Wanneer de TM41 als technologie-object is geconfigureerd, dan wordt deze storing ook bij kortgesloten A/B-signalen in
X520 uitgestuurd.
Bedrijfsmodus SINAMICS (p4400 = 1):
- De fijne resolutie van TM41 in p0418 komt niet overeen met die van de gever die is aangesloten aan connectoringang
p4420.
- De actuele positiewaarde van de gever r0479 die is aangesloten aan connectoringang p4420 heeft een te groot actueel
toerental.
- De uitgestuurde signalen komen overeen met een toerental dat groter is dan het maximale toerental (r1082 van TM41).
Oplossing:
Bedrijfsmodus SIMOTION (p4400 = 0):
- Lagere toerentaldoelwaarde vastleggen (p1155).
- Aantal geverimpulsen reduceren (p0408).
- Spoor A/B op kortsluiting controleren.
Bedrijfsmodus SINAMICS (p4400 = 1):
- Lagere toerentaldoelwaarde vastleggen (p1155).
- Aantal geverimpulsen reduceren (p0408).
Opgelet:
Na het wijzigen van het meldingstype naar "Waarschuwing" (A) wordt het uitgangssignaal niet langer bewaakt.
235221
<Aanduiding locatie>TM: doel-act.-afwijking buiten tolerantie
Meldingswaarde:
-
Aandrijvingsobject: A_INF_828, B_INF_828, HLA_828, S_INF_828, S_INF_COMBI, SERVO_828, SERVO_COMBI
Reactie:
Infeed: UIT1 (GEEN, UIT2)
Servo: UIT1 (GEEN, UIT2, UIT3)
Hla: UIT1 (GEEN, UIT2, UIT3)
Bevestiging:
ONMIDDELLIJK (POWER ON)
Oorzaak:
De afwijking tussen de doelwaarde en de gegeven signalen (spoor A/B) overschrijdt de tolerantie van +/-3 %. De afwijking
tussen interne en externe meetwaarde is te groot (> 1000 impulsen).
Oplossing:
- De basistakt verkleinen (p0110, p0111).
- Indien nodig de component vervangen (bijv. kortsluiting intern).
1090
Diagnosehandboek, 01/2015, 6FC5398-8BP40-5JA2
Alarmen