Rijden met uw auto
De motor zal ook in de volgende gevallen
automatisch starten, zonder dat de bestuurder
actie onderneemt:
• Als het vacuüm van de rembekrachtiger
laag is.
• U hebt de maximale afgezette tijd van de
motor overschreden
• De airconditioning staat aan en de
aanjagersnelheid staat in de hoogste
stand.
• De ruiten kunnen beslaan en de
airconditioning is ingeschakeld.
• De accu bevindt zich niet binnen het
optimale werkingsbereik.
• De koeling en verwarming door de
klimaatregeling werkt onvoldoende.
• Wanneer u de ISG OFF-toets indrukt
terwijl de motor automatisch is gestopt
• De auto rijdt na stilstand.
• U trapt het gas- en het rempedaal
tegelijkertijd in.
• De veiligheidsgordel komt los of het
bestuurdersportier staat open.
Het groene controlelampje AUTO STOP
(
) op het instrumentenpaneel knippert
gedurende 5 seconden.
AANWIJZING
Als het ISG-systeem niet aan de
voorwaarden voor werking voldoet, wordt
het ISG-systeem uitgeschakeld.
6-34
ISG-indicatie
Het ISG-systeem wordt met een lampje in
het instrumentenpaneel aangegeven. Als
uw auto is uitgerust met een Supervision-
instrumentenpaneel, verschijnt de aanwijzing
op het LCD-display.
Het kan zijn dat het systeem aangeeft dat
de motor handmatig opnieuw moet worden
gestart, wanneer het lampje in de ISG OFF-
toets oplicht en als uw auto is uitgerust
met een Supervision-instrumentenpaneel,
waarvan de waarschuwing continu
verschijnt.
OBC3N060015
OBC3N060015