Bestuurdershulp
CRUISE CONTROL (CC) (INDIEN VAN TOEPASSING)
(1) Controlelampje cruise
(2) Ingestelde snelheid
Cruisecontrol stelt u in staat boven 30 km/uur (20
mph) een bepaalde rijsnelheid aan te houden,
zonder dat u de voet op het gaspedaal hoeft te
houden.
7-68
Werking cruise control
Snelheid instellen
1. Accelereer naar de gewenste snelheid, die
hoger moet zijn dan 30 km/h (20 mph).
OTM070111
OTM070111
[A]: type A, [B]: type B
2. Druk bij de gewenste snelheid op de toets
Driving Assist (bestuurdershulp). Op het
instrumentenpaneel lichten de ingestelde
snelheid en het controlelampje Cruise
(
3. Laat het gaspedaal los.
De ingestelde snelheid wordt aangehouden,
zelfs wanneer het gaspedaal niet wordt
ingedrukt.
Informatie
• De auto kan bergaf licht versnellen of bergop
licht vertragen.
• Het symbool van de Driving Assist knop kan
naargelang de optie van uw voertuig verschillen.
OOSN071036L
OOSN071036L
) op.