06
WAARSCHUWING
Koolmonoxide (CO) is giftig. Het inademen van CO kan bewusteloosheid en de dood tot
gevolg hebben.
Uitlaatgassen bevatten onder andere het reukloze en kleurloze gas koolmonoxide.
Adem de uitlaatgassen van de motor niet in.
Draai onmiddellijk de ruiten open als u in de auto uitlaatgas ruikt. Blootstelling aan CO kan
bewusteloosheid en de verstikkingsdood tot gevolg hebben.
Controleer of het uitlaatsysteem niet lekt.
Het uitlaatsysteem moet elke keer dat de auto op de brug staat voor olie verversen of voor
andere reparaties worden gecontroleerd. Laat uw auto zo snel mogelijk controleren door een
officiële HYUNDAI-dealer als u merkt dat het geluid van de uitlaat verandert of als u over iets
heen gereden bent dat de onderzijde van de auto heeft geraakt.
Laat de motor niet draaien in een afgesloten ruimte.
Indien u de motor in uw garage stationair laat draaien, zelfs met de garagedeur open, kan dit
gevaar opleveren. Laat de motor alleen lang genoeg draaien om de motor te starten en de auto
de garage uit te rijden.
Voorkom langdurig stationair draaien als er mensen in de auto zitten.
Als het noodzakelijk is de auto gedurende langere tijd stationair te laten draaien terwijl er
mensen in de auto aanwezig zijn, doe dat dan alleen in een open ruimte, zet de luchttoevoer op
BUITENLUCHT en schakel een van de hogere ventilatorsnelheden in zodat er frisse lucht naar
het interieur wordt toegevoerd.
Houd de luchtinlaten schoon.
Voor een goede werking van het ventilatiesysteem is het noodzakelijk dat de luchtinlaten onder
de voorruit vrij blijven van sneeuw, ijs, bladeren en andere belemmeringen.
Wanneer het noodzakelijk is dat u met een geopende achterklep rijdt:
Sluit alle ruiten.
Open de uitstroomopeningen in het dashboard.
Zet de luchttoevoer op BUITENLUCHT, kies voor de luchtregeling VERWARMEN of VENTILEREN
en zet de aanjager in een van de hogere standen. Vóór het rijden
6-3