WAARSCHUWING
Verwijder de koelmiddeldop/
radioatordop NOOIT als de
motorruimte en de radiator nog
heet zijn. Er kan hete koelvloeistof
en stoom ontsnappen, wat ernstig
letsel kan veroorzaken.
Zet de motor af en wacht tot de motor is
afgekoeld. Verwijder de koelvloeistofdop/
radiatordop uiterst voorzichtig. Wikkel
een dikke doek rond de dop en draai deze
linksom tot de eerste aanslag. Doe een stap
achteruit terwijl de druk ontsnapt uit het
koelsysteem. Pas als u zeker weet dat er
geen overdruk meer is, drukt u de dop met
de doek in en draait u deze verder linksom
los.
WAARSCHUWING
OOSN091004L
OOSN091004L
De elektromotor voor de koelventilator
wordt geregeld door de temperatuur
van de motorkoelvloeistof, de
koudemiddeldruk en de rijsnelheid. Als de
koelvloeistoftemperatuur daalt, wordt de
elektromotor automatisch uitgeschakeld.
Dit is een normaal verschijnsel. Als uw auto
met GDI is uitgerust, kan de elektromotor
(koelventilator) op om het even moment
beginnen draaien en blijven draaien totdat u
de minkabel van de accu loskoppelt
Aanbevolen koelvloeistof
• Vul het koelsysteem alleen bij met
gedestilleerd (gedemineraliseerd)
water en vul het koelsysteem niet bij
met gewoon kraanwater. Een onjuist
koelvloeistofmengsel kan ernstige
storingen of schade aan de motor
veroorzaken.
• De motor van uw auto heeft aluminium
onderdelen. Gebruik daarom een
koelvloeistof op ethyleen-glycolbasis met
fosfaat ter voorkoming van corrosie en
bevriezing.
• Gebruik GEEN koelvloeistof op ethanol-
of methanol-basis; meng ook geen
ethanol- of methanol-antivries met de
voorgeschreven koelvloeistof.
• Gebruik geen mengsel met meer dan 60%
of minder dan 35% antivries; in dat geval
is een optimale koelende werking niet
gewaarborgd.
De elektromotor van de
koelventilator kan blijven draaien
of opstarten wanneer de motor
stilstaat en daardoor ernstig letsel
veroorzaken.
Houd handen, kleding en
gereedschap uit de buurt van de
draaiende ventilatorbladen van
de koelventilator.
09
9-13