Handige functies
WAARSCHUWING
• De portieren moeten altijd volledig
gesloten en vergrendeld zijn als de auto
rijdt. Als de portieren ontgrendeld zijn,
is het risico om uit de auto geslingerd te
worden bij een ongeval vergroot.
• Trek niet aan de binnenportiergrepen
aan bestuurders- of passagierszijde
terwijl de auto rijdt.
WAARSCHUWING
Laat kinderen of dieren niet zonder toezicht
achter in de auto. Een afgesloten auto
kan extreem heet worden en dodelijk of
ernstig letsel veroorzaken aan kinderen of
dieren die de auto niet kunnen verlaten.
Kinderen zouden functies van de auto
kunnen bedienen die hen zouden kunnen
verwonden, of ze zouden andere schade
kunnen ondervinden, mogelijk door andere
personen die de auto binnendringen.
WAARSCHUWING
Laat uw auto altijd beveiligd achter. Als u
de auto niet vergrendeld achterlaat, kan
iemand zich in uw auto verstoppen en u of
anderen in gevaar brengen.
Doe om de auto veilig achter te laten het
volgende: zet, terwijl u het rempedaal
intrapt, de selectiehendel in stand P
(parkeren) (voor double clutchtransmissie)
of schakel de eerste versnelling of de
achteruitversnelling (handgeschakelde
transmissie) in, activeer de parkeerrem, zet
het contact in stand LOCK/OFF, sluit alle
ruiten, vergrendel alle portieren en neem
altijd de sleutel mee.
5-12
WAARSCHUWING
Het openen van een portier als iemand of
iets de auto nadert, kan schade of letsel
veroorzaken. Let bij het openen van portieren
goed op of er geen ander verkeer aankomt.
WAARSCHUWING
Als u lang in de auto blijft terwijl het weer
zeer warm of koud is, zijn er risico's op
verwondingen of levensgevaar. Vergrendel de
auto niet van buitenaf als zich iemand in de
auto bevindt.
Supervergrendeling (indien van
toepassing)
Sommige auto's zijn uitgerust met
supervergrendeling. Deze voorkomt dat een
portier van binnenuit of van buitenaf wordt
geopend zodra de supervergrendeling is
geactiveerd, waardoor de auto extra is beveiligd.
Om de auto te vergrendelen
met gebruikmaking van de
supervergrendelingsfunctie, moeten de
portieren worden vergrendeld met de Smart
Key. Gebruik nogmaals de afstandsbediening
of de Smart Key om de auto te ontgrendelen.
WAARSCHUWING
Vergrendel de portieren niet met de Smart
Key als zich nog iemand in de auto bevindt.
Degene die in de auto zit, kan de portieren
niet ontgrendelen met de vergrendelknop
in het portier. Als het portier bijvoorbeeld
met de smart key is vergrendeld, kan
degene die in de auto zit het portier niet
ontgrendelen zonder de afstandsbediening.