Download Print deze pagina

Hyundai KONA 2022 Instructieboekje pagina 52

Advertenties

VEILIGHEIDSGORDELS
Dit hoofdstuk beschrijft het juiste gebruik
van de veiligheidsgordels. Het beschrijft ook
enkele dingen die u niet moet doen terwijl u
de veiligheidsgordel draagt.
Voorzorgsmaatregelen
veiligheidsgordel
Gesp altijd uw veiligheidsgordel om
en controleer of alle passagiers hun
veiligheidsgordel correct dragen voor elke
rit. Airbags zijn ontwikkeld als aanvullend
veiligheidssysteem, dus als aanvulling op
veiligheidsgordels, geen vervanging. In de
meeste landen moeten alle inzittenden van
een voertuig veiligheidsgordels dragen.
WAARSCHUWING
ALLE inzittenden moeten tijdens het rijden
altijd de gordel op de juiste manier dragen.
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
bij het instellen en dragen van
veiligheidsgordels:
• Kinderen tot en met 13 jaar moeten altijd
plaatsnemen op de achterbank en de
gordel op de juiste manier dragen.
• Laat kinderen nooit in de
voorpassagiersstoel meerijden, tenzij de
airbag is gedeactiveerd. Als een kind in
de voorpassagiersstoel zit, zet de stoel
dan zo ver mogelijk naar achteren en
beveilig ze goed in de stoel.
• Vervoer een baby of kind NOOIT op de
schoot van een andere inzittende.
• Rijd NOOIT met een naar achteren
geklapte rugleuning.
• Vervoer nooit meerdere kinderen
op één stoel of vastgezet met één
veiligheidsgordel.
• Draag nooit de schoudergordel onder de
arm door of achter uw rug.
• Zet breekbare voorwerpen NOOIT
vast met een veiligheidsgordel. Bij
een noodstop of botsing kan de
veiligheidsgordel deze voorwerpen
beschadigen.
• Zorg ervoor dat de gordel vlak over uw
lichaam loopt en niet gedraaid is. Een
gedraaide veiligheidsgordel beschermt
u niet goed bij een ongeval.
• Gebruik een veiligheidsgordel waarvan
de band of andere onderdelen
beschadigd zijn niet.
• Zet de gesp van de veiligheidsgordel niet
vast in de gordelsluiting van een andere
stoel.
• Maak de veiligheidsgordel NOOIT los
tijdens het rijden. Hierdoor kunt u de
controle over de auto verliezen en een
ongeval veroorzaken.
• Zorg dat er niets in het gordelslot zit
dat het slotmechanisme kan blokkeren.
Hierdoor kan de veiligheidsgordel
mogelijk niet veilig sluiten.
• Er mogen geen wijzigingen aan
de gordel worden aangebracht of
hulpmiddelen worden gebruikt die
voorkomen dat het gordelmechanisme
de gordel strak tegen het lichaam aan
kan trekken of die het verstellen van de
gordel onmogelijk maken.
WAARSCHUWING
Beschadigde veiligheidsgordels en
veiligheidsgordelsystemen werken niet
correct. Vervang altijd:
• Als de gordelband gerafeld, vervuild of
beschadigd is.
• Als andere onderdelen beschadigd zijn.
• Vervang de complete veiligheidsgordel
als hij gedragen is tijdens een ongeval,
ook al zijn er aan de gordelband
of het gordelmechanisme geen
beschadigingen te zien.
03
3-21

Advertenties

loading