Inhoudsopgave
Advertenties
6-106
INSPECTIE EN ONDERHOUD
Zet de power mode op "ON" (modellen met passive entry and start system) of het
contact op "ON" (modellen zonder passive entry and start system) om de werking van
koplampen, richtingaanwijzers en andere buitenverlichting alsook de interieurverlichting
te controleren.
Trap ook het rempedaal in om te zien of de remlichten gaan branden en zet de
versnelling in de stand "R" om te controleren of de achteruitrijlichten gaan branden.
Controleer de lampen ook op verkleuring, beschadiging en loszitten.
Werken bepaalde lichten niet, zie dan "Alvorens lichten te vervangen" voor de juiste
instructies.
WARNING
WAARSCHUWING
• Rij nooit met het voertuig wanneer er lichten defect zijn. Dit kan resulteren in
een ongeluk.
Voor
Headlight/clearance light/
daytime running light
Turn signal light
(outside rearview mirror mounted type)
Lichten
Werking van de lichten inspecteren
Turn signal light
Front fog light
Alvorens lichten te vervangen → Zie
pagina
6-108
Headlight/clearance light
Front fog light/daytime running light
Turn signal light
(front fender mounted type)
Turn signal light
(outside rearview mirror mounted type)
Turn signal light
Advertenties
Inhoudsopgave
