!
#
$
"
INSPECTIE EN ONDERHOUD
6. Schroef elke wielmoer met de hand
vast tot die tegen het velgraakvlak
zit en draai dan alle wielmoeren
handvast aan tot het wiel vast op zijn
plaats blijft zitten.
Het afgeschuinde uiteinde van de
wielmoeren moet naar binnen wijzen.
7. Draai de ontluchtingsschroef van
de krik linksom en laat het voertuig
langzaam zakken.
8. Haal de wielmoeren in diagonale
volgorde en in twee of drie stappen
aan.
CAUTION
OPGELET
• Bepaalde in de handel verkrijgbare
slagsleutels produceren meer
kracht dan is voorgeschreven voor
het vastzetten van de wielmoeren.
Als wielmoeren met een dergelijke
sleutel worden vastgezet, kunnen de
wielbouten afbreken. Controleer of
een slagsleutel de voorgeschreven
kracht produceert alvorens die te
gebruiken.
• Stel bij het gebruik van een
slagsleutel de luchtdrukregelaar
nauwkeurig af en selecteer de
aanhaaltijd. Haal de moeren in
laatste instantie aan met behulp
van een momentsleutel om de
voorgeschreven kracht te zetten.
9. Haal tenslotte alle wielmoeren aan
met behulp van een momentsleutel.
120 N·m (12 kgf·m/87 lb·ft)
Vastzetmoment
6-89