Gereedschappen beheren
13.5 Werktuiglijst
Kolomtitel
Breedte /
plaatbreedte /
snijhoek /
Spoed
Boorradius
N
Pl-lengte
M1 - M4
Via het configuratiebestand kunt u de selectie van parameters in de lijst bepalen.
544
Betekenis
Snijkantbreedte bij type 150 schijffrees en type 151 zaag
Plaatbreedte bij type 520 - insteker en type 530 - afsteker
Snijhoek bij type 200 - spiraalboor, type 220 - centreerboor en type 230 -
spitse verzinkboor
Spoed bij type 240 - tap
Boorradius bij type 560 - draaiboor. Houderhoek en plaathoek liggen vast.
Snijgrafiek
De snijgrafiek geeft via de houdhoek, de snijrichting en de plaathoek een
vastgelegde positionering weer.
Houderhoek bij type 500 - voorbewerkingsgereedschap en type 510 -
nabewerkingsgereedschap.
De referentierichting voor houderhoek geeft de snijrichting aan.
Naast de houderhoek wordt ook de plaathoek aangegeven.
Aantal tanden bij type 110 - kogelkop cilindrische verzinkfrees, type 111 -
kogelkop kegelvormige verzinkfrees, type 120 - schachtfrees, type 121 -
schachtfrees met hoekafronding, type 130 - hoekfrees, type 140 -
vlakfrees, type 150 - schijffrees, type 155 - frees met afgeknotte kegel,
type 156 - frees met afgeknotte kegel en hoekafronding en type 157 -
kegelvormige verzinkfrees.
Plaatlengte van snij- of steekgereedschap
De plaatlengte is nodig voor het weergeven van het gereedschap bij de
simulatie van de programma-afloop.
Spildraairichting
De spildraairichting heeft bij aangedreven gereedschap (boren en frezen)
betrekking op de gereedschapsspil en bij draaigereedschap op de hoofd-
of tegenspil.
Wanneer u een boor of frees gebruikt bij "Boren midden" of
"Schroefdraad midden", dan heeft de opgegeven draairichting betrekking
op de snijrichting van het gereedschap. De hoofdspil draait dan in
overeenstemming met het gereedschap.
Spil is niet ingeschakeld
Spildraairichting rechts
Spildraairichting links
Koelmiddel 1 en 2 (bijv. binnen- en buitenkoeling) in- en uitschakelbaar.
De koelmiddeltoevoer naar de machine moet niet noodzakelijk ingesteld
zijn.
Andere gereedschapsspecifieke functies zoals extra koelmiddeltoevoer,
toerentalbewaking, bewaking tegen gereedschapsbreuk, enz.
Software-optie
Om de parameter spildraairichting, koelmiddel en gereedschapsspecifieke
functies (M1-M4) te kunnen beheren, heeft u de optie "ShopMill/ShopTurn"
nodig.
Bedieningshandboek, 03/2010, 6FC5398-8CP20-1JA0
Draaien