Technologische functies programmeren (cycli)
8.4 Frezen
4. De cirkeltap wordt opnieuw in een halve cirkel aangelopen en het gereedschap loopt
5. Het gereedschap wordt met ijlgang naar de veiligheidsafstand teruggetrokken.
Bewerkingswijze
Bij het frezen van de cirkeltap kunt u de bewerkingswijze vrij kiezen:
● Voorbewerken
● Nabewerken
● Afschuinen
Procedure
Parameters G-codeprogramma
PL
Bewerkingsvlak
Freesrichting
RP
Terugtrekvlak
SC
Veiligheidsafstand
F
Voeding
348
weer één keer rond de tap. Deze procedure wordt zolang herhaald tot de
geprogrammeerde tapdiepte is bereikt.
Bij het voorbewerken wordt het gereedschap rond de cirkeltap verplaatst tot de
geprogrammeerde nabewerkingstoegift is bereikt.
Wanneer u een nabewerkingstoegift heeft geprogrammeerd, wordt het gereedschap rond
de cirkeltap verplaatst tot diepte Z1 is bereikt.
Bij het afschuinen wordt de kant aan de bovenste rand van de cirkeltap afgeschuind.
1.
Het deelprogramma of ShopTurn-programma dat moet worden bewerkt,
is aangemaakt en u bevindt zich in de editor.
2.
Druk op de softkey "Frezen".
3.
Druk de softkeys "Tap meerkant" en "Cirkeltap" in.
Het invoervenster "Cirkeltap" wordt geopend.
mm
mm
mm/min
Parameters ShopTurn-programma
T
Gereedschapsnaam
D
Snijkantnummer
F
Voeding
S / V
Spiltoerental of constante
snijsnelheid
Bedieningshandboek, 03/2010, 6FC5398-8CP20-1JA0
mm/min
mm/omw
Omw/min
m/min
Draaien