(2)
(3)
(4)
(5)
Draaien
Bedieningshandboek, 03/2010, 6FC5398-8CP20-1JA0
Machinefabrikant
Lees de informatie van de machinefabrikant wanneer u meer wilt weten
over de gevolgen van het indrukken van de noodstopknop.
Montageslots voor besturingsunits (d = 16 mm)
RESET
De afloop van het huidige programma afbreken.
De NCK-besturing blijft synchroon met de machine. Deze bevindt zich in
basisstand en is klaar voor een nieuwe programma-afloop.
Alarm wissen.
Programmabesturing
<SINGLE BLOCK>
Blok-per-blok modus in-/uitschakelen.
<CYCLE START>
Deze toets wordt ook als de NC-start aangeduid.
De afloop van een programma wordt gestart.
<CYCLE STOP>
Deze toets wordt ook als de NC-stop aangeduid.
De afloop van een programma wordt gestopt.
Bedrijfsmodi, machinefuncties
<JOG>
Bedrijfsmodus "JOG" selecteren.
<TEACH IN>
Subbedrijfsmodus "Teach In" selecteren.
<MDA>
Bedrijfsmodus "MDA" selecteren.
<AUTO>
Bedrijfsmodus "AUTO" selecteren.
<REPOS>
Herpositioneren, contour opnieuw aanlopen.
<REF POINT>
Referentiepunt aanlopen.
Inc <VAR>(Incremental Feed Variable)
Stapmaat met variabele staplengte gebruiken.
Inc (Incremental Feed)
Stapmaat met vooraf ingestelde staplengte van 1, ..., 10000 incrementen
gebruiken.
...
Inleiding
1.3 Controlepanelen machine
29