Technologische functies programmeren (cycli)
8.6 Andere cycli en functies
Wanneer één of beide posities om mechanische redenen niet kan worden bereikt, dan wordt
automatisch de andere positie geselecteerd, onafhankelijk van de instelling in de parameter
"Richting".
Voorbeeld:
● Machinekinematica met zwenkkop en zwenktafel.
● Hoekverplaatsingsbereik rondas B van -90 tot +90 graden.
● Zwenktafel met rondas 2 (C) draait rond machineas Z.
● Hoekverplaatsingsbereik rondas 2 (C) van 0 tot 360 graden (Modulo 360).
● De machinefabrikant heeft bij de inbedrijfstelling Zwenken de richtingsreferentie op
● In de zwenkcyclus wordt een draaiing rond X (WCS) van 10 graden geprogrammeerd.
In de volgende afbeelding is de machine in basispositie (polaire positie) van de kinematica
(B = 0 C = 0) weergegeven.
● Richting "-" (Min)
● Richting "+" (Plus)
Met beide instellingen voor de richting, "Min" of "Plus", kan een werkstuk met gezwenkte
vlakken worden bewerkt. Beide door NC berekende oplossingen verschillen 180 graden (zie
rondas C).
418
Machinefabrikant
Raadpleeg hiervoor de instructies van de machinefabrikant.
Zwenkkop met rondas 1 (B) draait rond machineas Y.
rondas 1 (B) ingesteld.
– Rondas B wordt in negatieve richting (rode pijl) naar -10 graden verplaatst.
– Rondas C wordt naar 90 graden verplaatst (draaiing om X!).
– Rondas B wordt in positieve richting (rode pijl) naar +10 graden verplaatst.
– Rondas C wordt naar 270 graden verplaatst.
Bedieningshandboek, 03/2010, 6FC5398-8CP20-1JA0
Draaien