Pas de hoofdsteunen zo aan dat
het midden van de hoofdsteun op
dezelfde hoogte is als de hoogte
van de bovenkant van de ogen.
• Verstel de hoofdsteun van de
bestuurdersstoel niet als de auto
rijdt.
• Stel de hoofdsteun zo dicht moge-
lijk bij het hoofd van de passagier
af. Gebruik geen zitkussen waar-
door de wrijving tussen de stoel en
de passagier verminderd wordt.
• Zorg ervoor dat de hoofdsteun na
aanpassing op de juiste positie is
vergrendeld.
WAARSCHUWING
Zet de hoofdsteun niet in de laagste
stand wanneer u op de achterbank
zit.
AANWIJZING
Om schade te voorkomen, NOOIT
slaan op of trekken aan de hoofd-
steunen.
OPMERKING
Wanneer er geen inzittenden aanwe-
zig zijn op de achterstoelen, zet dan
de hoofdsteunen in de laagste stand.
De hoofdsteunen van de achterstoe-
len kunnen het zicht naar achteren
belemmeren.
Hoofdsteunen op de voorstoelen
ODN8039067L
ODN8039067L
De bestuurdersstoel en de voorpassa-
giersstoel zijn voorzien van een verstel-
bare hoofdsteun voor de veiligheid en
het comfort.
OTL035061
OTL035061
Voor- en achterwaartse richting
De hoofdsteun kan naar voren worden
aangepast naar 3 posities door de
hoofdsteun naar de gewenste positie
naar voren te trekken. Trek de hoofd-
steun helemaal naar voren en laat hem
los om de hoofdsteun helemaal naar
achteren te plaatsen.
03
ODN8039068L
ODN8039068L
OGB034007
OGB034007
3-13