Standen versnellingshendel
R (achteruit)
Gebruik deze stand om de auto achter-
uit te rijden.
AANWIJZING
• Zorg ervoor dat de auto volledig
tot stilstand is gekomen voordat
stand R (achteruit) wordt inge-
schakeld.
• Bij het in R (Achteruit) plaatsen
wordt niet geschakeld als de snel-
heid van het voertuig meer dan 3
km/u bedraagt.
• Trap het rempedaal volledig in.
Indien dit niet het geval is, gaat het
lampje voor de rem indrukken
branden en wordt de versnelling
niet ingeschakeld.
N (neutraal)
De wielen en de transmissie zijn niet
geblokkeerd.
Gebruik N (Neutraal) als u een uitgeval-
len motor opnieuw wilt starten, of als
het noodzakelijk is om de motor AAN te
laten.
Trap het rempedaal altijd in als u wis-
selt van N (Neutraal) naar een andere
versnelling.
WAARSCHUWING
Plaats niet in een versnelling als uw
voet niet op het rempedaal geplaatst
is. Het in versnelling plaatsen terwijl
de motor op hoge snelheid loopt kan
ervoor zorgen dat het voertuig erg
snel gaat. U kunt de controle verlie-
zen en mensen of voorwerpen raken.
Stand D (Rijden)
Dit is de normale stand voor het rijden
in voorwaartse richting. De transmissie
schakelt automatisch over naar de juis-
te versnelling bij bediening van het gas-
pedaal en als de snelheid van de auto
verandert.
Druk voor extra vermogen tijdens
inhaalmanoeuvres of het beklimmen
van een steile helling het gaspedaal
volledig in. Hierdoor zal de automati-
sche transmissie automatisch een
lagere versnelling kiezen.
06
6-27