Noodsituaties
Controlelampje sto-
ring TPMS
(Controlesysteem
voor Lage
Bandenspanning)
Het controlelampje storing TPMS gaat
branden nadat het ongeveer 1 minuut
heeft geknipperd wanneer er een pro-
bleem is met het controlesysteem voor
lage bandenspanning (TPMS).
We raden u aan het systeem door een
officiële HYUNDAI-dealer na te laten
kijken.
AANWIJZING
Als er een storing is van het TPMS,
zal de waarschuwingslampje positie
lage bandenspanning niets weerge-
geven, zelfs wanneer de auto een te
zacht opgepompte band heeft.
8-14
Een band wisselen met TPMS
Bij een lekke band gaan de waarschu-
wingslampjes lage bandenspanning en
positie
voor
lage
branden. Wij adviseren om een lekke
band zo snel mogelijk door een erken-
de HYUNDAI-dealer te laten repareren
of de lekke band door het reservewiel
te vervangen.
OPMERKING
Gebruik nooit een niet door HYUN-
DAI-dealer
goedgekeurd
reparatiemiddel om de band met een
te lage spanning te repareren.
U kunt de bandenspanning niet beoor-
delen door alleen naar de banden te
kijken. Gebruik altijd een bandenspan-
ningsmeter van een goede kwaliteit om
de bandenspanning te meten. Een
band die warm is (door het rijden), heeft
een hogere bandenspanning dan een
band die koud is.
Een koude band houdt in dat de auto
gedurende 3 uur heeft stilgestaan of
niet meer dan 1,6 km heeft gereden
gedurende deze periode.
Laat de band afkoelen alvorens de ban-
denspanning te meten. Zorg er altijd
voor dat de band koud is alvorens deze
op de aanbevolen spanning te bren-
gen.
bandenspanning
banden-