Bestuurder hulpsysteem
• Er is een wegrand zonder rijstrook
• Er is een grensstructuur in de rijbaan,
zoals een tolhuisje, trottoir, stoep,
enz.
• De afstand tot het ervoor rijdende
voertuig is extreem kort of het ervoor
rijdende voertuig bedekt de rijstrook-
markering (of wegrand)
Informatie
Zie voor meer informatie over de beper-
kingen van de frontcamera, het hoofd-
stuk "Forward Collision-Avoidance
Assist (FCA)" in hoofdstuk 7.
WAARSCHUWING
Neem bij het gebruik van het Lane
Keeping Assist altijd de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht:
• De bestuurder heeft de verant-
woordelijkheid om het voertuig
veilig te besturen en onder contro-
le te houden. Vertrouw niet alleen
op de Lane Keeping Assist en rijd
veilig.
• De Lane Keeping Assist kan wor-
den geannuleerd of mogelijk niet
goed functioneren, afhankelijk van
de wegomstandigheden en de
omgeving. Wees altijd voorzichtig
tijdens het rijden.
• Zie "Beperkingen van de Lane
Keeping Assist" als de rijstrook
niet goed wordt gedetecteerd.
• Wanneer u een aanhanger of een
ander voertuig sleept, raden wij u
om veiligheidsredenen aan Lane
Keeping Assist uit te schakelen.
• Als het voertuig met hoge snelheid
wordt gereden, wordt het stuurwiel
niet bediend. De bestuurder moet
zich altijd aan de maximumsnel-
heid houden wanneer hij de Lane
Keeping Assist gebruikt.
7-20
• Als het waarschuwingsbericht van
een ander functie wordt weergege-
ven of als er een geluidssignaal
wordt
gegenereerd,
waarschuwingsbericht
Lane Keeping Assist mogelijk niet
weergegeven en wordt er mogelijk
geen geluidssignaal gegenereerd.
• Het is mogelijk dat u het waarschu-
wingsgeluid van het Lane Keeping
Assist niet hoort als de omgeving
lawaaierig is.
• Als u voorwerpen aan het stuur-
wiel bevestigt, is het mogelijk dat
de hands-off-waarschuwing niet
goed werkt.
• Lane Keeping Assist werkt moge-
lijk niet gedurende 15 seconden
nadat het voertuig is gestart, of de
frontcamera is geïnitialiseerd.
• De Lane Keeping Assist-functie zal
niet werken wanneer:
- De richtingaanwijzer of waar-
schuwingsknipperlicht is inge-
schakeld
- Er wordt niet in het midden van
de rijstrook gereden wanneer
Lane Keeping Assist is inge-
schakeld of direct na het wisse-
len van rijstrook.
- De ESC (Elektronische Stabili-
teitsregeling) of het VSM (Vehi-
cle Stability Management) is
geactiveerd.
- Het voertuig maakt een scherpe
bocht.
- De rijsnelheid is lager dan 55
km/h of hoger dan 210 km/h.
- Het voertuig verandert plotseling
van rijstrook
- Het voertuig remt plotseling af
wordt
het
van
de