Instrumentenpaneel
Waarschuwingslampje
laadsysteem
Dit waarschuwingslampje gaat
branden:
• Wanneer zich een storing voordoet
met betrekking tot de dynamo of het
elektrische laadsysteem.
Als zich een storing voordoet met
betrekking tot de dynamo of het
elektrische laadsysteem.
1. Rijd voorzichtig naar de kant van
de weg en breng de auto op een
veilige plaats tot stilstand.
2. Schakel de motor uit en controleer
of de dynamoriem onvoldoende
spanning heeft of gebroken is.
Als de dynamoriem in orde is,
bevindt het probleem zich in het
laadsysteem.
In dat geval adviseren we u de auto
te laten zo snel mogelijk controleren
door een officiële HYUNDAI-dealer.
4-12
Waarschuwingslampje
oliedruk van de motor
Dit waarschuwingslampje gaat
branden:
• Wanneer de oliedruk van de motor
laag is.
Als de oliedruk van de motor laag
is:
1. Rijd voorzichtig naar de kant van
de weg en breng de auto op een
veilige plaats tot stilstand.
2. Controleer het motoroliepeil wan-
neer de motor uit is (Zie voor meer
informatie "Motorolie" in hoofd-
stuk 9). Vul indien nodig olie bij
wanneer het peil laag is.
Adviseren we u de auto te laten zo
snel mogelijk controleren door een
officiële HYUNDAI-dealer als het
waarschuwingslampje na het bijvul-
len blijft branden of als er geen olie
beschikbaar is.
Doorrijden met het waarschuwings-
lampje aan kan een motorstoring ver-
oorzaken.
i
Informatie
Wanneer de motoroliedruk daalt als
gevolg van onvoldoende motorolie en
dergelijke, gaat het waarschuwings-
lampje voor motoroliedruk branden.
Bovendien wordt het geavanceerde
motorbeveiligingssysteem geactiveerd,
dat het motorvermogen beperkt. Als
de motoroliedruk hersteld is, gaan de
waarschuwingslampjes
motoroliedruk en het motorbeveili-
gingssysteem uit.
van
de