UITLEG BIJ ONDERHOUDSSCHEMA
Motorolie en oliefilter
De motorolie en het oliefilter moet wor-
den ververst en het filter moet worden
vervangen volgens de intervallen van
het onderhoudsschema. Als er onder
ongunstige omstandigheden gereden
wordt, moet de olie vaker ververst en
het filter vaker vervangen worden.
Aandrijfriemen
Controleer alle aandrijfriemen op teke-
nen van sneetjes, scheurtjes, overmati-
ge slijtage of verzadiging met olie en
vervang indien nodig. De spanning van
de aandrijfriemen moet periodiek wor-
den gecontroleerd en indien nodig wor-
den afgesteld.
OPMERKING
Wanneer u de riem controleert, zet
dan het contact in stand LOCK/OFF
of ACC.
Brandstoffilter (Behalve
Europa)
Door een verstopt filter kan de snelheid
waarmee gereden kan worden, afne-
men, het emissiesysteem beschadigd
raken of slecht aanslaan veroorzaakt
worden.
Als zich in de brandstoftank te veel vuil
ophoopt, dient het filter mogelijk vaker
vervangen te worden.
Laat de motor na het plaatsen van een
nieuw filter enkele minuten draaien en
controleer de aansluitingen op lekkage.
We adviseren u het brandstoffilter te la-
ten
vervangen
door
HYUNDAI-dealer.
Brandstoffilter (voor Europa)
Deze auto met benzinemotor is uitge-
rust met een levenslang brandstoffilter
dat in de brandstoftank is geïntegreerd.
Regelmatig onderhoud of vervangen is
niet nodig; de kwaliteit van de gebruikte
brandstof kan echter van invloed zijn op
de vereiste frequentie voor onderhoud.
Als er problemen zijn met betrekking tot
de brandstoftoevoer, zoals een beper-
king van de brandstofstroom, niveaus-
chommeling, vermogensverlies, moei-
lijk starten, enz., kan inspectie of
vervangen van het brandstoffilter nodig
zijn. We adviseren u het brandstoffilter
te laten inspecteren of vervangen door
een officiële HYUNDAI-dealer.
Brandstofleidingen, -slangen
en aansluitingen
Controleer
brandstofslangen en aansluitingen op
lekkage en beschadigingen. We advi-
seren u de brandstofleidingen, brand-
stofslangen en aansluitingen te laten
vervangen door een officiële HYUNDAI-
dealer.
Ontluchtingsslang en tankdop
De ontluchtingsslang en de tankdop
moeten worden gecontroleerd volgens
de intervallen van het onderhoudssche-
ma. Zorg ervoor dat de ontluchtings-
slang of tankdop op de juiste manier
vervangen wordt.
een
officiële
de
brandstofleidingen,
09
9-9