Bedienen van de koppeling
(indien van toepassing)
Het koppelingspedaal moet geheel
worden ingetrapt alvorens:
- Motor starten
De motor niet zal aanslaan zonder
dat het koppelingspedaal ingetrapt
wordt.
- Schakelen
Om uw auto te starten laat u het kop-
pelingspedaal langzaam opkomen en
drukt u het gaspedaal in.
Laat de koppelingspedaal langzaam
opkomen. Het koppelingspedaal moet
tijdens het rijden altijd zijn losgelaten.
AANWIJZING
Voorkom onnodige slijtage of scha-
de aan de koppelingspedaal:
• Laat tijdens het rijden uw voet niet
op het koppelingspedaal rusten.
• Gebruik de koppeling ook niet om
de auto stil te laten staan op een
helling (bijvoorbeeld bij een ver-
keerslicht, enz.)
• Druk de koppelingspedaal altijd
volledig in om lawaai of schade te
voorkomen.
• Start niet in de 2e (tweede) ver-
snelling, behalve wanneer u start
op een glad wegdek.
• Druk het koppelingspedaal volle-
dig in en zorg ervoor dat u het kop-
pelingspedaal
indrukt voordat u na het loslaten
het
koppelingspedaal
naar de rechtopstaande positie
laat terugkeren. Als u het pedaal
herhaaldelijk indrukt voordat deze
in de oorspronkelijke positie terug-
keert, kan het koppelingssysteem
defect raken.
niet
opnieuw
helemaal
Terugschakelen
U moet terug schakelen als u bij veel
verkeer moet vertragen of als u een
steile helling op rijdt zodat u voorkomt
dat u de motor belast.
Ook, door terug te schakelen wordt de
kans op afslaan beperkt en kan beter
worden geaccelereerd wanneer u uw
snelheid weer op moet voeren.
Als de auto op een steile helling naar
beneden rijdt, kan door terug te scha-
kelen een veilige snelheid worden
gehandhaafd en wordt bovendien de
levensduur van de remmen verlengd.
AANWIJZING
Om schade aan de motor, koppeling
en transmissie te voorkomen:
• Bij het terugschakelen van de vijf-
de naar de vierde versnelling moet
erop worden gelet dat de versnel-
lingshendel niet zo ver opzij wordt
gedrukt dat per ongeluk de tweede
versnelling wordt ingeschakeld.
Hierdoor zou het motortoerental
zo hoog kunnen oplopen dat de
naald van de toerenteller in het
rode gebied terecht zou kunnen
komen.
• Schakel niet meer dan 2 versnellin-
gen tegelijk terug en schakel niet
terug als de motor met een hoog
toerental draait (5.000 om w/min).
Dergelijke een terugschakelen kan
schade aan de motor, koppeling en
transmissie veroorzaken.
06
6-15