Instrumentenpaneel
WAARSCHUWING
Veilig stoppen
Het TPMS waarschuwt niet voor
ernstige en plotselinge schade aan
de banden veroorzaakt door externe
factoren.
Als de auto instabiel aanvoelt, haal
dan onmiddellijk uw voet van het
gaspedaal, trap het rempedaal
geleidelijk en met weinig kracht in en
breng uw auto op een veilige plaats
tot stilstand.
Waarschuwingslampje
voorwaartse veiligheid
(indien van toepassing)
Dit waarschuwingslampje gaat branden:
Als het contact of de toets ENGINE
START/STOP in de stand ON wordt
gezet.
- Het waarschuwingslampje
voorwaartse veiligheid brandt
ongeveer 3 seconden en dooft
vervolgens.
Wanneer er sprake is van een storing
in het Forward Collision-Avoidance
Assist-waarschuwingssysteem
(ondersteuning botsingsvermijding
voorzijde).
Laat de auto in dit geval inspecteren door
een officiële HYUNDAI-dealer.
Zie 'Forward Collision-Avoidance Assist-
systeem (FCA)' in hoofdstuk 7 voor meer
informatie.
4-20
Controlelampje
rijstrookveiligheid
(indien van toepassing)
Dit controlelampje gaat branden:
[Groen] Er wordt aan de voorwaarden
voor Lane Keeping Assist
(Rijvakassistentie) voldaan.
[Wit] Wanner er niet aan de
voorwaarden voor Lane Keeping Assist
(Rijvakassistentie) wordt voldaan.
[Geel] Bij een storing in de functie
Lane Keeping Assist.
Laat de auto in dit geval inspecteren
door een officiële HYUNDAI-dealer.
Zie 'Lane Keeping Assist-systeem (LKA)
- rijvakassistentie' in hoofdstuk 7 voor
meer details.
Waarschuwingslampje te
hoge snelheid
(indien van toepassing)
Dit waarschuwingslampje gaat knipperen:
Als u harder dan 120 km/h rijdt.
- Dit is om te voorkomen dat u te hard
rijdt.
- Er klinkt tevens gedurende ongeveer 5
seconden een waarschuwingszoemer
voor te hoge snelheid.