Sew Eurodrive MOVITRAC advanced Technische Handleiding pagina 273
Verberg thumbnails
Zie ook voor MOVITRAC advanced:
- Technische handleiding (64 pagina's) ,
- Technische handleiding (344 pagina's)
Advertenties
AANWIJZING
Alvorens het ingestelde veiligheidsprotocol op de CSB/CSL-veiligheidsoptie te wijzi-
gen, moet u de verbinding met de F-master fysiek verbreken.
Veiligheidsprotocol PROFIsafe
AANWIJZING
Voor de aansturing van veiligheidsfuncties en de evaluatie van de terugmeldingssig-
nalen van de CSB/CSL-veiligheidsoptie via PROFIsafe moet rekening worden gehou-
den met de toewijzing van de afzonderlijke bits binnen het veiligheidsprotocol.
Voorwaarden
•
•
•
•
AANWIJZING
De PROFIsafe-adressen moeten in de bestaande netwerkstructuur uniek zijn. Afhan-
kelijk van de netwerkstructuur kan de veiligheidsoptie worden geconfigureerd via de
parameter Adrestype om de vereiste eenduidigheid te garanderen.
Instellingen voor de veiligheidsoptie
Naast de parametrering van de veiligheidsfuncties moeten bij de inbedrijfstelling ook
het overeenkomstige veiligheidsprotocol en het doeladres worden ingesteld.
De veiligheidsopties CSB en CSL ondersteunen PROFIsafe-versies 2.4 en 2.6.
De overkoepelende F-PLC moet het iPar-CRC-mechanisme ondersteunen.
Voor een succesvolle inbedrijfstelling heeft u de parametreringstool "Assist CS.."
nodig.
Aanvullende vereisten bij het gebruik van MOVISAFE
veldbuskoppeling via PROFINET:
– TIA-portaal met optie STEP7 Safety (voor Siemens-besturingen)
– Bestand met apparaatbeschrijving van MOVITRAC
®
bruikte MOVI-C
CONTROLLER.
Downloaden van www.sew-eurodrive.com. Gebruik altijd het actuele apparaat-
beschrijvingsbestand.
– Om ervoor te zorgen dat de veiligheidsoptie in de configuratie van de eenheid
correct kan worden geconfigureerd, moet ervoor worden gezorgd dat de huidi-
ge versie van het bestand met de beschrijving van het apparaat is geïnstal-
leerd. De veiligheidsoptie moet in de apparaatconfiguratie worden geconfigu-
reerd door deze vanuit de hardwarecatalogus naar de daarvoor in het SEW-
aandrijfsysteem vrijgegeven insteekplaats te slepen. Om een foutloze
PROFIsafe-communicatie met de veiligheidsoptie mogelijk te maken, moeten
de volgende instellingen worden gecontroleerd:
– F-bronadres (F_Source_Add)
– F-bestemmingsadres (F_Dest_Add)
– F-bewakingstijd (F_WD_Time)
– F-iParameter CRC (F_iPar_CRC)
Functionele veiligheid
®
CSB/CSL met PROFIsafe-
®
advanced of van de ge-
Technische handleiding – MOVITRAC
8
Inbedrijfstelling
273
®
advanced
Advertenties
