Functionele veiligheid
8
Veiligheidstechnische voorwaarden
8.3.7
Eisen aan de inbedrijfstelling
8.3.8
Vereisten voor het stopzetten in geval van nood volgens EN 60204-1 (noodstop)
236
Technische handleiding – MOVITRAC
U
en GND
B
A+ en A-
B+ en B-
– De encoderkabel mag de volgende maximale capaciteit hebben:
Capaciteit ader/ader: CA' = 70 pF/m
Capaciteit ader/afscherming: CS' = 120 pF/m
– In het signaalpad van de encoder naar de regelaar mogen de encodersignalen
niet naar andere apparaten worden vertakt.
•
Om de gerealiseerde veiligheidsdeelfuncties van de aandrijving aan te kunnen to-
nen moeten de veiligheidsdeelfuncties na de inbedrijfstelling worden gecontroleerd
en gedocumenteerd (functiecontrole).
•
Hierbij dienen de beperkingen voor de veiligheidsdeelfuncties volgens het hoofd-
stuk "Beperkingen" aangehouden te worden. Niet op de veiligheid gerichte onder-
delen en componenten, die het resultaat van de functiecontrole beïnvloeden (bijv.
motorrem), moeten indien nodig buiten bedrijf worden gesteld.
•
Voor het gebruik van het apparaat in op de veiligheid gerichte toepassingen die-
nen principieel de inbedrijfstellingstests van de uitschakelvoorziening en de juiste
elektrische aansluitingen te worden uitgevoerd en geprotocolleerd.
•
Voor de veiligheidsopties CSB en CSL worden de inbedrijfstellingstest en logging
ondersteund door het parametreringstool "Assist CS.." met een acceptatierapport.
AANWIJZING
•
Om een gevaar bij de betreffende toepassing te voorkomen, moet de gebruiker
controleren of de storingsreactietijd van iedere veiligheidsdeelfunctie bij het optre-
den van een storing kleiner is dan de maximaal toegestane storingsreactietijd van
de applicatie. De maximaal toegestane storingsreactietijd mag niet worden over-
schreden!
•
De gebruiker moet ervoor zorgen dat de vereisten van het vereiste Safety Integrity
Level (SIL) conform IEC 61508 of Performance Level (PL) conform EN ISO
13849-1 worden geïmplementeerd.
De veiligheidsopties CSB en CSL zijn in combinatie met een noodstopbedieningsap-
paraat en de externe besturing geschikt voor het realiseren van een noodstop conform
EN 60204-1.
WAARSCHUWING
Als een verplaatsingscommando wacht, zal de aandrijving nadat de veiligheidsoptie
is bevestigd opnieuw aanlopen.
Dodelijk of ernstig lichamelijk letsel.
•
Trek het verplaatsingscommando in voordat u de veiligheidsoptie bevestigt.
®
advanced