Functionele veiligheid
8
Inbedrijfstelling
Inschakelen
Status
Foutreactie
Veiligheidsdeelfunctie SDI met MOVISAFE
Inschakelen
268
Technische handleiding – MOVITRAC
Voor elke instantie van de functie SSM kan een snelheidsfilter worden geactiveerd.
Het snelheidsfilter integreert het overschrijden van de limietsnelheid over het traject.
Als dit traject groter wordt dan het geconfigureerde traject, wordt een terugmelding ge-
geven via de bijbehorende statusmelding.
Met de parameter Werkrichting kan voor elke functie SSM worden bepaald in welke
richting (positief, negatief of in beide richtingen) de functie SSM moet werken.
Aantal instanties: 4
De functie SSM is permanent actief.
Bij overschrijding van de grenswaarden verandert de status van de veiligheidsdeel-
functie SSM in "0". Als, rekening houdend met de snelheidshysterese, het werkelijke
toerental lager is dan de grenswaarde, verandert de status van de veiligheidsdeelfunc-
tie SSM weer in "1". Een geparametreerd snelheidsfilter vertraagt de statuswijziging.
Door te bevestigen bij stilstand of onder de limietsnelheid, wordt het snelheidsfilter ge-
reset en verandert de status onmiddellijk in "1".
De status wordt weergegeven in de volgende gebieden:
•
Diagnose MOVISAFE
•
Veilige procesingangsdata (SSM1, SSM2, SSM3, SSM4)
Geen.
®
CSL
De functie SDI bewaakt de beweging in de geblokkeerde draairichting. Bij overschrij-
ding van de parametreerbare tolerantie wordt de veiligheidsdeelfunctie STO geacti-
veerd.
De functie kan worden geactiveerd via een veilige binaire ingang F-DI via veilige pro-
cesdata (SDI 1, SDI 2), of de functie kan permanent worden geactiveerd via de para-
metrering.
Als de veiligheidsdeelfunctie SDI is geactiveerd, wordt uit de actuele positie die op dit
moment door het encodersysteem is geregistreerd en de parameters tolerantie en
Goedgekeurde bewegingsrichting de grenspositie berekend. Bij bewegingen in de toe-
gestane bewegingsrichting wordt de grenspositie gevolgd, dat wil zeggen de grenspo-
sitie wordt cyclisch herberekend vanuit de actuele positie en de tolerantie. Dit betekent
dat de afstand tot de actuele positie maximaal de geparametreerde tolerantie is. Tij-
dens de beweging mag de maximumsnelheid niet worden overschreden. De foutreac-
tie treedt op bij bewegingen in de geblokkeerde bewegingsrichting en overschrijden
van de grenspositie. De grenspositie wordt herberekend door een foutbevestiging na
een grenswaardeoverschrijding of een encoderfout. De startpositie is de actuele posi-
tie die is geregistreerd op het moment dat de fout werd bevestigd. De snelheid wordt
niet gecontroleerd door de functie SDI.
Aantal instanties: 2
De veiligheidsdeelfunctie SDI kan worden geselecteerd uit de volgende bronnen:
•
F-DI (functietoewijzing)
®
advanced
®
CSL, status snelheidsfuncties