Onderhoud
3. Emissieregelsysteem
Het emissieregelsysteem is een uiterst
effectief systeem dat de uitstoot van scha-
delijke stoffen tot een minimum beperkt
zonder dat dit ten koste gaat van de pres-
taties.
Voorzorgsmaatregelen met
betrekking tot uitlaatgassen
(koolmonoxide)
• Koolmonoxide kan samen met ande-
re uitlaatgassen aanwezig zijn. Laat
het uitlaatsysteem van uw auto direct
controleren en indien nodig repareren
indien u in het interieur uitlaatgas ruikt.
Rijd niet met de auto als u in het inte-
rieur uitlaatgassen ruikt, maar als het
niet anders kan, rijd dan met alle ruiten
volledig geopend. Laat uw auto onmid-
dellijk controleren en repareren.
WAARSCHUWING
Motor uitlaatgassen bevatten koolmo-
noxide (CO). Hoewel kleur- en geurloos,
is het gevaarlijk en kan het dodelijk zijn
bij inademing. Neem de volgende aan-
wijzingen in acht ter voorkoming van
koolmonoxidevergiftiging.
• Laat de motor in een afgesloten ruimte
(bijvoorbeeld een garage) niet langer
draaien dan nodig is om de auto naar
binnen of naar buiten te rijden.
• Stel het ventilatiesysteem zo af dat er
verse buitenlucht naar het interieur
gevoerd wordt als de auto in een open
ruimte stilstaat terwijl de motor wat
langer moet blijven draaien.
• Blijf nooit met draaiende motor gedu-
rende langere tijd in een stilstaande
auto zitten.
• Als de motor afslaat of niet wil aanslaan
en er teveel startpogingen onderno-
men worden, kan het emissieregelsys-
teem beschadigd raken.
9-88
Voorzorgsmaatregelen katalysator
(indien van toepassing)
WAARSCHUWING
Het uitlaatsysteem en de katalysator
zijn zeer heet wanneer de motor draait
en direct nadat de motor is uitgezet.
Om ERNSTIG LETSEL of de DOOD te
voorkomen:
• Parkeer of stop het voertuig niet bo-
ven of in de buurt van brandbare voor-
werpen zoals gras, vegetatie, papier,
bladeren en dergelijke. Een heet uit-
laatsysteem kan brandbare materialen
in brand doen vliegen.
• Blijf uit de buurt van het uitlaatsys-
teem en de katalysator, anders kunt u
zich verbranden.
Verwijder het hitteschild van het uit-
laatsysteem niet, maak de onderkant
van de auto niet dicht en breng geen
coating aan om corrosie tegen te gaan.
Onder bepaalde omstandigheden kan
er brandgevaar ontstaan.
Uw auto is uitgerust met een katalysator
ten behoeve van de emissieregeling.
Daarom moeten de volgende voorzorgs-
maatregelen in acht worden genomen:
• Gebruik bij een benzinemotor uitslui-
tend LOODVRIJE BENZINE.
• Gebruik de auto niet als de motor dui-
delijk storingen vertoont, zoals over-
slaan of vermogensverlies.
• Doe geen dingen die slecht zijn voor
de motor. Voorbeelden hiervan zijn: de
auto laten uitrollen terwijl het contact
uit is en een steile helling af rijden in de
versnelling met het contact uit.
• Laat de motor niet langdurig (5 minu-
ten of langer) met een hoog stationair
toerental draaien.
• Voer zelf geen aanpassingen of wijzi-
gingen uit aan de motor of het emis-
sieregelsysteem. We adviseren u om
alle inspecties en afstellingen door een
officiële HYUNDAI-dealer uit te laten
voeren.