Tips voor het gebruik
• Om te voorkomen dat stof of onaan-
gename geuren in het interieur van
de auto terechtkomen, kan de scha-
kelaar voor de luchttoevoer tijdelijk in
de stand RECIRCULATIE worden gezet.
Selecteer de stand BUITENLUCHT weer
zodra de bron van irritatie gepasseerd
is om weer frisse lucht toe te laten tot
het interieur. Frisse lucht is beter voor
de fysieke gesteldheid van de bestuur-
der en bovendien aangenamer.
• Voorkom dat de voorruit beslaat door
de stand BUITENLUCHT te selecteren,
de aanjager in de gewenste stand te
zetten, de airconditioning in te schake-
len en de gewenste temperatuur in te
stellen.
Airconditioning
HYUNDAI-airconditioningssystemen
zijn gevuld met koudemiddel R-134a of
R-1234yf.
1. Start de motor.
2. Druk op toets A/C.
3. Selecteer
de
gezichtsniveau
modus.
4. Stel de luchtinlaatregeling tijdelijk in op
de recirculatiestand om de cabine snel
te laten afkoelen. Wanneer de gewens-
te temperatuur in de cabine is bereikt,
zet u de luchtinlaatregeling weer in de
koude luchtmodus.
5. Stel de aanjagersnelheid en de tempe-
ratuur bij om een maximaal comfort te
bereiken.
05
5-73