Instrumentenpaneel
Exhaust Systeem (GPF)
Waarschuwingslampjes
(Benzinemotor,
indien van toepassing)
Dit waarschuwingslampje gaat
branden:
• Dit waarschuwingslampje gaat bran-
den, wanneer het verzamelde roet een
bepaalde hoeveelheid bereikt.
• Wanneer
dit
waarschuwingslampje
brandt, kan het na het gedurende onge-
veer 30 minuten rijden met het voertuig
met meer dan 80 km/h in een hogere
versnelling dan de 3de met toerental
tussen de 1500 en 4000 rpm worden
uitgeschakeld.
Als dit waarschuwingslampje knippert
ondanks de procedure (op dit ogenblik
zal een waarschuwingsbericht op het
instrumentenpaneel worden weergege-
ven), adviseren wij u om het GPF-systeem
te laten controleren door een officiële
HYUNDAI-dealer.
AANWIJZING
Indien u gedurende lange tijd blijft doorrij-
den terwijl het GPF-waarschuwingslampje
knippert, kan het GPF-systeem bescha-
digd raken en het brandstofverbruik toe-
nemen.
4-18
Controlelampje
ESC (Elektronische
Stabiliteitsregeling)
Dit controlelampje gaat branden:
• Wanneer u het contactslot in de stand
ON zet.
- Het controlelampje van de Electronic
Stability Control (elektronische sta-
biliteitsregeling) brandt ongeveer 3
seconden en gaat dan uit.
• In het geval van een storing in het ESC-
systeem.
Als dit gebeurt, raden wij u de auto
te laten controleren door een officiële
HYUNDAI-dealer.
Dit controlelampje knippert:
• Terwijl het ESC in werking is.
Zie voor meer informatie "Elektronische
Stabiliteitsregeling (ESC)" in hoofdstuk
6.
Controlelampje ESC
(Electronic Stability
Control) OFF
Dit controlelampje gaat branden:
• Wanneer u het contactslot in de stand
ON zet.
- Het controlelampje ESC OFF blijft
ongeveer 3 seconden branden en gaat
dan uit.
• Als u het ESC uitschakelt door op de
toets ESC OFF te drukken.
Zie voor meer informatie "Elektronische
Stabiliteitsregeling (ESC)" in hoofdstuk
6.